‘Ik zie nu in dat grensoverschrijdend gedrag weinig respectvol is voor de ander.’
‘Ik weet eigenlijk niet meer hoe ik moet omgaan met iemand van het andere geslacht, nu dat steeds in het nieuws is. Mag ik haar even aanraken, gewoon als vrienden? Daar kunnen we het over hebben in deze les.’
‘Als ik zelf kinderen heb, zal ik in gesprek gaan met ze, zeker weten. Ik wil dat mijn kinderen weten dat ze hun eigen grenzen moeten aangeven.’
‘Bij het toepassen van de zes criteria moest ik veel dieper nadenken dan ik anders zou doen. Je weet dat iets niet oké is, maar verder ga je dan niet.’
‘Ik wist niet dat seksualiteit zo veel breder is dan alleen seks.’
Een paar reacties van de leerlingen
Op de website van Sense, het centrum voor seksuele gezondheid, kan iedereen met vragen over seks terecht. Hun motto: ‘heb je een vraag over seks of heb je een probleem? Blijf er niet mee zitten, zorg dat je je zeker voelt over seks!’ Je kunt er als je wilt anoniem terecht met vragen over o.a. soa, zwangerschap, anticonceptie en seksualiteit. Website: www.sense.info/nl
De podcast ‘Naomi maakt bespreekbaar’ van Naomi Desseur. In haar podcasts deelt zij tips en tricks om lastige onderwerpen op de rand van taboe bespreekbaar te maken. Zodat alle kinderen veilig en gezond kunnen opgroeien in een wereld waarin zij zich geliefd en gesteund voelen, én zij alle kansen krijgen zich te ontwikkelen. Luister de podcasts hier: www.dessaurtrainingen.nl/podcast
Luistertip van Marjolein
Tip van Tamara
Marjolein van de Klundert is zelfstandig trainer en gastdocent op middelbare scholen en beroepsopleidingen. Meer info: marjoleinvandeklundert.nl
Steeds meer ouders maken bezwaar tegen seksuele voorlichting op de basisschool. Ze willen dit liever zelf aan hun kind vertellen en vaak op een later moment dan het op school wordt aangeboden. Ze zouden de school juist als opvoedpartner moeten zien, zegt pedagoog Belle Barbé in een opiniestuk in Het Parool.
Seksuele voorlichting: een taak van ouders én school
Bekijk het manifest
Seksuele vorming op scholen moet beter. Veel beter. Dat vinden jongeren, docenten, onderwijsorganisaties en expertisecentra. Zij stelden daarom een manifest op. Recente gebeurtenissen rond seksuele grensoverschrijding laten zien hoe belangrijk het is dat jongeren leren elkaars wensen en grenzen te respecteren. Met begrip voor diversiteit en met als uitgangspunt seksueel plezier. Het kabinet is aan zet om betere seksuele vorming mogelijk te maken.
Manifest voor betere seksuele vorming
Marjolein van de Klundert:
‘Er komen soms dingen naar
boven waar iets mee moet gebeuren’
Pas als de stagiaire een tik op haar billen krijgt, moet er volgens de klas worden ingegrepen
Het ene groepje voert een serieus gesprek, het andere vinkt zo snel mogelijk de zes criteria af
‘Als een meisje lacht, betekent dat dan dat ze wil? Of is ze gewoon verlegen?’
Naar inhoudsopgave
Naar het volgende artikel
Deel deze pagina
‘Échte preventie is op het moment dat er nog niets aan de hand is’
‘En,’ voegt ze toe, ‘vragen of je een glas cola wil is toch ook normaal? Het is eigenlijk hetzelfde als vragen of je iemands borsten even mag aanraken. Als je bij het zoenen al begint met toestemming vragen, wordt het later alleen maar makkelijker en gewoner om te doen.’
Het lesprogramma dat Van de Klundert zelf samenstelde, is gebaseerd op het Vlaggensysteem, Girlstalk en Make a move. De zes criteria voor gezond seksueel gedrag uit het Vlaggensysteem zitten in elk lesprogramma, de rest stemt ze af op de doelgroep. Haar belangrijkste doel? ‘Ik wil jongeren meegeven dat seksualiteit bespreekbaar is, dat het geen taboe is. Maar ook meer aandacht voor positieve seksualiteit is belangrijk. Je bent het waard om te staan voor je grenzen én zeker ook je wensen en je mag dus ook genieten van seks.’ Uit onderzoek blijkt dat jongeren die opgroeien in een gezin waar seksualiteit positief benaderd wordt, minder snel grensoverschrijdend gedrag vertonen, later beginnen met seks en ook eerder geneigd zijn tot veilige seks.
‘Wat een tijdverspilling is dit,’ roept een jongen als hij het leslokaal binnenkomt. Morrend gaat hij aan zijn tafel zitten. ‘Ik leer hier helemaal niets.’ Zijn buurman gniffelt. Het is de tweede les van een serie van drie die Marjolein van de Klundert geeft aan deze vmbo-gt-klas. Alle tweedeklassers op het Pius X-College krijgen de lessen seksuele vorming, de derdejaars volgen nog één opfrisles. ‘Seksles’ noemen de leerlingen het. Maar tijdens de les wordt al snel duidelijk dat het om veel meer gaat dan seks.
Gedreven gaat Van de Klundert van start, de klas wacht gelaten af wat komen gaat. De vorige les kwamen de zes criteria voor gezond seksueel gedrag aan bod: toestemming, vrijwilligheid, gelijkwaardigheid, leeftijds- of ontwikkelings-adequaat, context-adequaat en (zelf)respect. Nu gaat de focus nog even naar het aspect van toestemming. Want leerlingen vinden het maar raar, toestemming vragen om iemand te mogen zoenen.
‘Je hoeft toch niet te vragen of iemand dat wil? Dat zie je toch aan iemands lichaamstaal,’ zegt een leerling. ‘Hoe zie je dat dan?,’ reageert Van de Klundert. ‘Als een meisje lacht, betekent dat dan dat ze wil? Of is ze gewoon verlegen? Of zenuwachtig? Of durft ze geen “nee” te zeggen? Niets is zo moeilijk als lichaamstaal, zeker als je iemand nauwelijks kent.’
Van de Klundert vertelt na afloop: ‘Het is mooi om te zien dat jongeren een ander gesprek voeren dan ze gewend zijn. Ze kijken voorbij hun eigen oordelen en zien dat seksualiteit veel meer is dan alleen seks. Ik merk vaak dat de leerlingen een jaar later, tijdens de opfrisles, de zes criteria nog kunnen noemen. Dan hoop je dat er een zaadje geplant is dat opkomt op momenten dat het nodig is.’
‘Praten over wat je fijn vindt, is taboe. Je grenzen aangeven ook’
‘Wanneer is er sprake van dwang?’ is de vraag in de schakelklas die ’s middags aanschuift bij Van de Klundert. ‘Gijzelen,’ roept iemand. ‘Omkopen,’ zegt een ander. Er wordt van alles geroepen, de een maakt het nog extremer dan de ander. Deze klas volgt les op een lager niveau, dus Van de Klundert moet haar uitleg aanpassen. ‘Dwang hoeft niet zo extreem te zijn,’ zegt ze. ‘Het kan ook veel subtieler. Een weddenschap bijvoorbeeld, een challenge of groepsdruk, dat zijn ook vormen van dwang.’
Van Rooij merkt dat drukbezette ouders steeds minder aandacht besteden aan iets als seksuele vorming. Daarnaast vinden veel ouders het ook een lastig onderwerp. Van Rooij: ‘Praten over wat je fijn vindt, is taboe. Je grenzen aangeven ook. Leerlingen weten echt wel wat een condoom is, maar hoe je tegen je partner zegt dat je een condoom wilt gebruiken, daar heeft niemand het over. Terwijl dit minstens zo belangrijk is.’
‘Dat is precies de meerwaarde van deze lessen,’ denkt Van de Klundert. ‘De boodschap “doe alleen wat je zelf wil” krijgen kinderen vaak mee van hun ouders. Maar als je dan doorvraagt naar wát ze dan fijn vinden en waar hun grenzen liggen, dan valt het stil. Hier zoeken we de verdieping, de nuance. Zo krijgt een uitspraak die ze al jaren horen ook echt betekenis. En ze worden zich meer bewust van wat gezond seksueel gedrag is. Een naaktfoto van jezelf sturen is helemaal niet raar als je je seksualiteit aan het ontdekken bent, maar een naaktfoto van iemand anders doorsturen kan niet.’
Het Pius X-College werkt sinds een paar jaar samen met Van de Klundert. Tamara van Rooij, docent, is de kartrekker van dit project. ‘Tijdens de biologielessen bespreken we het onderwerp seksuele vorming, maar ik vind dat het veel meer aandacht verdient dan alleen het verhaal over de bloemetjes en de bijtjes. Jongeren hebben meer nodig dan alleen de reguliere vakken die we op school geven. Juist die alledaagse dingen waar ze mee te maken krijgen zijn zo belangrijk, zoals mediawijsheid en seksuele vorming.’
En zo zijn er meer situaties. Vijf jongens die porno kijken terwijl de vader de afwas aan het doen is. Een meisje dat een naaktfoto van iemand krijgt toegestuurd en die doorstuurt. Een jongen die zijn vriendin dwingt om te kiezen tussen hem en haar vriendin. Of twee mannen die hand in hand door de stad lopen. In groepjes praten de leerlingen over de situaties. Het ene groepje voert een serieus gesprek, het andere vinkt zo snel mogelijk de zes criteria af.
In het leslokaal gaan de leerlingen aan de slag met situaties die ze moeten beoordelen aan de hand van de zes criteria. Is er sprake van gezond seksueel gedrag of niet? Op een tekening is te zien dat een 17-jarig meisje via de webcam aan een 11-jarige jongen vraagt of hij zijn piemel wil laten zien. Dat ze om toestemming heeft gevraagd is duidelijk, volgens de klas. Of er sprake is van vrijwilligheid? Niet echt, daar zijn de leerlingen het ook snel over eens. Maar als de gelijkwaardigheid aan bod komt, verschillen de meningen. ‘Nee, natuurlijk niet, dat meisje is veel ouder,’ zegt de een. ‘Ach,’ zegt een ander, ‘zes jaar verschil is toch niet veel?’ Pas als een andere leerling zegt dat zesjarige verschil relatief groter is dan de zes jaar tussen een 30- en een 36-jarige, valt het kwartje.
Van de Klundert werkte eerder voor Humanitas, waar ze preventieprojecten ontwikkelde rondom loverboy-problematiek en mensenhandel. ‘Ik besefte toen dat er vóór deze preventieprojecten nog een stap zit, de échte preventie, op het moment dat er nog niets aan de hand is. Wat zijn de grenzen en wensen van een jongere? Wat vindt de jongere zélf belangrijk als het gaat om seksualiteit? Als je jongeren dat kunt laten ontdekken en kunt meegeven, zijn ze pas echt in staat om grensoverschrijdend gedrag te signaleren.’
Sinds vier jaar is Van de Klundert zelfstandig trainer en gastdocent. Vooral in het voortgezet onderwijs, maar ook op hogescholen waar toekomstige docenten of hulpverleners worden opgeleid. In het basisonderwijs geeft ze weleens een training aan leerkrachten, aan de kinderen zelf liever niet. ‘Dat kan een leerkracht beter zelf doen. Basisschoolleerlingen zijn zo gewend aan dezelfde leerkracht, dat het moeilijk is om een vreemde voor de klas te zetten die ook nog eens over dit onderwerp gaat praten.’
Van de Klundert: ‘Er komen soms dingen naar boven waar iets mee moet gebeuren. Dat kan heel expliciet zijn, zoals seksueel misbruik, maar ook lichaamstaal van een jongere zegt soms al veel. Daar kun je en moet je iets mee als mentor. Een individueel gesprek aangaan, eventueel hulp zoeken, afhankelijk van het probleem.’ Van Rooij: ‘Seksuele vorming zal niet de enige oplossing zijn om gezond seksueel gedrag te bevorderen, maar er wordt wel iets in gang gezet.’
Wat seksuele vorming uiteindelijk oplevert, is moeilijk te meten, zeggen Van de Klundert en Van Rooij beiden. Elk kind is anders, maar ook elke leerkracht is anders, zegt Van Rooij, die ook coach is van de schakelklas. ‘Ik ben open over seksualiteit, dus dat helpt en stimuleert de jongeren om ook open te zijn. Tijdens de gastlessen seksuele vorming zit ik er als coach bij - wat we als school belangrijk vinden - en signaleer ik wat er speelt. Zo kan ik er in mijn eigen lessen op terugkomen. Leerlingen hebben er dan over nagedacht waardoor we nog meer diepgang kunnen bereiken.’
Even later start ze een video. De leerlingen krijgen de opdracht om zelf aan te geven wanneer dat wat er te zien is, niet meer oké is. Een voetbaltrainer leidt zijn vrouwelijke stagiaire rond op de club. Als hij de deur opengooit van de kleedkamer, waar jongens zich omkleden, blijft het stil in de klas. Ook als een van de voetballers de stagiaire vraagt of ze mee gaat douchen. Als een ander haar vraagt of ze ook met zijn ballen wil spelen, wordt er wat gelachen. Pas als ze een tik op haar billen krijgt, moet er volgens de klas worden ingegrepen.
Als de bel gaat, verlaten de leerlingen grappend en grollend het lokaal. Volgende les zal Van de Klundert terugkomen op het filmpje.
Meer diepgang
Tik op de billen
Het kwartje valt
Gezond seksueel gedrag
Scroll naar beneden
Seksuele en relationele vorming
7 min.
Mariëlle van Bussel
Op het Pius X-College in het Noord-Brabantse Bladel krijgen alle tweede- en derdejaars seksuele vorming. Ter voorkoming van ongewenst gedrag, leert gastdocent Marjolein van de Klundert hun praten over seksualiteit en maakt ze hen bewuster van hun grenzen en wensen.
‘Seksles’ op de middelbare school
Nuance en verdieping
Scholen besteden te weinig aandacht aan relationele en seksuele vorming. Dat vinden docenten in het voortgezet onderwijs. Maar wat kunnen zij het beste voor hun leerlingen doen? Podcastmaker Maarten Dallinga spreekt in deze aflevering van 'Gezonde School, de podcast' met pedagoog Martje Heerkens van Stichting School en Veiligheid. Ook bezoekt hij ROER College Schöndeln in Roermond. Deze middelbare school doet, om aandacht te vragen voor seksuele en genderdiversiteit, mee aan Paarse Vrijdag.
Podcast
Paarse Vrijdag en de dagelijkse praktijk op school
Voor de meeste leerkrachten is seksuele vorming geven niet iets wat zij dagelijks doen. Zoek je lesmaterialen, leerlijnen, een training of gewoon tips? Op de website seksuelevorming.nl van Rutgers vind je het allemaal.
Materialen & leerlijnen
Naar inhoudsopgave
Naar het volgende artikel
Deel deze pagina
Op de website van Sense, het centrum voor seksuele gezondheid, kan iedereen met vragen over seks terecht. Hun motto: ‘heb je een vraag over seks of heb je een probleem? Blijf er niet mee zitten, zorg dat je je zeker voelt over seks!’ Je kunt er als je wilt anoniem terecht met vragen over o.a. soa, zwangerschap, anticonceptie en seksualiteit. Website: www.sense.info/nl
De podcast ‘Naomi maakt bespreekbaar’ van Naomi Desseur. In haar podcasts deelt zij tips en tricks om lastige onderwerpen op de rand van taboe bespreekbaar te maken. Zodat alle kinderen veilig en gezond kunnen opgroeien in een wereld waarin zij zich geliefd en gesteund voelen, én zij alle kansen krijgen zich te ontwikkelen. Luister de podcasts hier: www.dessaurtrainingen.nl/podcast
Luistertip van Marjolein
Tip van Tamara
Steeds meer ouders maken bezwaar tegen seksuele voorlichting op de basisschool. Ze willen dit liever zelf aan hun kind vertellen en vaak op een later moment dan het op school wordt aangeboden. Ze zouden de school juist als opvoedpartner moeten zien, zegt pedagoog Belle Barbé in een opiniestuk in Het Parool.
Seksuele voorlichting: een taak van ouders én school
Voor de meeste leerkrachten is seksuele vorming geven niet iets wat zij dagelijks doen. Zoek je lesmaterialen, leerlijnen, een training of gewoon tips? Op de website seksuelevorming.nl van Rutgers vind je het allemaal.
Materialen & leerlijnen
Scholen besteden te weinig aandacht aan relationele en seksuele vorming. Dat vinden docenten in het voortgezet onderwijs. Maar wat kunnen zij het beste voor hun leerlingen doen? Podcastmaker Maarten Dallinga spreekt in deze aflevering van 'Gezonde School, de podcast' met pedagoog Martje Heerkens van Stichting School en Veiligheid. Ook bezoekt hij ROER College Schöndeln in Roermond. Deze middelbare school doet, om aandacht te vragen voor seksuele en genderdiversiteit, mee aan Paarse Vrijdag.
Podcast
Paarse Vrijdag en de dagelijkse praktijk op school
Bekijk het manifest
Seksuele vorming op scholen moet beter. Veel beter. Dat vinden jongeren, docenten, onderwijsorganisaties en expertisecentra. Zij stelden daarom een manifest op. Recente gebeurtenissen rond seksuele grensoverschrijding laten zien hoe belangrijk het is dat jongeren leren elkaars wensen en grenzen te respecteren. Met begrip voor diversiteit en met als uitgangspunt seksueel plezier. Het kabinet is aan zet om betere seksuele vorming mogelijk te maken.
Manifest voor betere seksuele vorming
‘Ik zie nu in dat grensoverschrijdend gedrag weinig respectvol is voor de ander.’
‘Ik weet eigenlijk niet meer hoe ik moet omgaan met iemand van het andere geslacht, nu dat steeds in het nieuws is. Mag ik haar even aanraken, gewoon als vrienden? Daar kunnen we het over hebben in deze les.’
‘Als ik zelf kinderen heb, zal ik in gesprek gaan met ze, zeker weten. Ik wil dat mijn kinderen weten dat ze hun eigen grenzen moeten aangeven.’
‘Bij het toepassen van de zes criteria moest ik veel dieper nadenken dan ik anders zou doen. Je weet dat iets niet oké is, maar verder ga je dan niet.’
‘Ik wist niet dat seksualiteit zo veel breder is dan alleen seks.’
Een paar reacties van de leerlingen
Van de Klundert: ‘Er komen soms dingen naar boven waar iets mee moet gebeuren. Dat kan heel expliciet zijn, zoals seksueel misbruik, maar ook lichaamstaal van een jongere zegt soms al veel. Daar kun je en moet je iets mee als mentor. Een individueel gesprek aangaan, eventueel hulp zoeken, afhankelijk van het probleem.’ Van Rooij: ‘Seksuele vorming zal niet de enige oplossing zijn om gezond seksueel gedrag te bevorderen, maar er wordt wel iets in gang gezet.’
Marjolein van de Klundert:
‘Er komen soms dingen naar
boven waar iets mee moet gebeuren’
Wat seksuele vorming uiteindelijk oplevert, is moeilijk te meten, zeggen Van de Klundert en Van Rooij beiden. Elk kind is anders, maar ook elke leerkracht is anders, zegt Van Rooij, die ook coach is van de schakelklas. ‘Ik ben open over seksualiteit, dus dat helpt en stimuleert de jongeren om ook open te zijn. Tijdens de gastlessen seksuele vorming zit ik er als coach bij - wat we als school belangrijk vinden - en signaleer ik wat er speelt. Zo kan ik er in mijn eigen lessen op terugkomen. Leerlingen hebben er dan over nagedacht waardoor we nog meer diepgang kunnen bereiken.’
Meer diepgang
Even later start ze een video. De leerlingen krijgen de opdracht om zelf aan te geven wanneer dat wat er te zien is, niet meer oké is. Een voetbaltrainer leidt zijn vrouwelijke stagiaire rond op de club. Als hij de deur opengooit van de kleedkamer, waar jongens zich omkleden, blijft het stil in de klas. Ook als een van de voetballers de stagiaire vraagt of ze mee gaat douchen. Als een ander haar vraagt of ze ook met zijn ballen wil spelen, wordt er wat gelachen. Pas als ze een tik op haar billen krijgt, moet er volgens de klas worden ingegrepen.
Als de bel gaat, verlaten de leerlingen grappend en grollend het lokaal. Volgende les zal Van de Klundert terugkomen op het filmpje.
Pas als de stagiaire een tik op haar billen krijgt, moet er volgens de klas worden ingegrepen
‘Wanneer is er sprake van dwang?’ is de vraag in de schakelklas die ’s middags aanschuift bij Van de Klundert. ‘Gijzelen,’ roept iemand. ‘Omkopen,’ zegt een ander. Er wordt van alles geroepen, de een maakt het nog extremer dan de ander. Deze klas volgt les op een lager niveau, dus Van de Klundert moet haar uitleg aanpassen. ‘Dwang hoeft niet zo extreem te zijn,’ zegt ze. ‘Het kan ook veel subtieler. Een weddenschap bijvoorbeeld, een challenge of groepsdruk, dat zijn ook vormen van dwang.’
Tik op de billen
Van Rooij merkt dat drukbezette ouders steeds minder aandacht besteden aan iets als seksuele vorming. Daarnaast vinden veel ouders het ook een lastig onderwerp. Van Rooij: ‘Praten over wat je fijn vindt, is taboe. Je grenzen aangeven ook. Leerlingen weten echt wel wat een condoom is, maar hoe je tegen je partner zegt dat je een condoom wilt gebruiken, daar heeft niemand het over. Terwijl dit minstens zo belangrijk is.’
‘Dat is precies de meerwaarde van deze lessen,’ denkt Van de Klundert. ‘De boodschap “doe alleen wat je zelf wil” krijgen kinderen vaak mee van hun ouders. Maar als je dan doorvraagt naar wát ze dan fijn vinden en waar hun grenzen liggen, dan valt het stil. Hier zoeken we de verdieping, de nuance. Zo krijgt een uitspraak die ze al jaren horen ook echt betekenis. En ze worden zich meer bewust van wat gezond seksueel gedrag is. Een naaktfoto van jezelf sturen is helemaal niet raar als je je seksualiteit aan het ontdekken bent, maar een naaktfoto van iemand anders doorsturen kan niet.’
‘Praten over wat je fijn vindt, is taboe. Je grenzen aangeven ook’
Het Pius X-College werkt sinds een paar jaar samen met Van de Klundert. Tamara van Rooij, docent, is de kartrekker van dit project. ‘Tijdens de biologielessen bespreken we het onderwerp seksuele vorming, maar ik vind dat het veel meer aandacht verdient dan alleen het verhaal over de bloemetjes en de bijtjes. Jongeren hebben meer nodig dan alleen de reguliere vakken die we op school geven. Juist die alledaagse dingen waar ze mee te maken krijgen zijn zo belangrijk, zoals mediawijsheid en seksuele vorming.’
Nuance en verdieping
Van de Klundert vertelt na afloop: ‘Het is mooi om te zien dat jongeren een ander gesprek voeren dan ze gewend zijn. Ze kijken voorbij hun eigen oordelen en zien dat seksualiteit veel meer is dan alleen seks. Ik merk vaak dat de leerlingen een jaar later, tijdens de opfrisles, de zes criteria nog kunnen noemen. Dan hoop je dat er een zaadje geplant is dat opkomt op momenten dat het nodig is.’
En zo zijn er meer situaties. Vijf jongens die porno kijken terwijl de vader de afwas aan het doen is. Een meisje dat een naaktfoto van iemand krijgt toegestuurd en die doorstuurt. Een jongen die zijn vriendin dwingt om te kiezen tussen hem en haar vriendin. Of twee mannen die hand in hand door de stad lopen. In groepjes praten de leerlingen over de situaties. Het ene groepje voert een serieus gesprek, het andere vinkt zo snel mogelijk de zes criteria af.
Het ene groepje voert een serieus gesprek, het andere vinkt zo snel mogelijk de zes criteria af
In het leslokaal gaan de leerlingen aan de slag met situaties die ze moeten beoordelen aan de hand van de zes criteria. Is er sprake van gezond seksueel gedrag of niet? Op een tekening is te zien dat een 17-jarig meisje via de webcam aan een 11-jarige jongen vraagt of hij zijn piemel wil laten zien. Dat ze om toestemming heeft gevraagd is duidelijk, volgens de klas. Of er sprake is van vrijwilligheid? Niet echt, daar zijn de leerlingen het ook snel over eens. Maar als de gelijkwaardigheid aan bod komt, verschillen de meningen. ‘Nee, natuurlijk niet, dat meisje is veel ouder,’ zegt de een. ‘Ach,’ zegt een ander, ‘zes jaar verschil is toch niet veel?’ Pas als een andere leerling zegt dat zesjarige verschil relatief groter is dan de zes jaar tussen een 30- en een 36-jarige, valt het kwartje.
Het kwartje valt
Van de Klundert werkte eerder voor Humanitas, waar ze preventieprojecten ontwikkelde rondom loverboy-problematiek en mensenhandel. ‘Ik besefte toen dat er vóór deze preventieprojecten nog een stap zit, de échte preventie, op het moment dat er nog niets aan de hand is. Wat zijn de grenzen en wensen van een jongere? Wat vindt de jongere zélf belangrijk als het gaat om seksualiteit? Als je jongeren dat kunt laten ontdekken en kunt meegeven, zijn ze pas echt in staat om grensoverschrijdend gedrag te signaleren.’
Sinds vier jaar is Van de Klundert zelfstandig trainer en gastdocent. Vooral in het voortgezet onderwijs, maar ook op hogescholen waar toekomstige docenten of hulpverleners worden opgeleid. In het basisonderwijs geeft ze weleens een training aan leerkrachten, aan de kinderen zelf liever niet. ‘Dat kan een leerkracht beter zelf doen. Basisschoolleerlingen zijn zo gewend aan dezelfde leerkracht, dat het moeilijk is om een vreemde voor de klas te zetten die ook nog eens over dit onderwerp gaat praten.’
‘Échte preventie is op het moment dat er nog niets aan de hand is’
Het lesprogramma dat Van de Klundert zelf samenstelde, is gebaseerd op het Vlaggensysteem, Girlstalk en Make a move. De zes criteria voor gezond seksueel gedrag uit het Vlaggensysteem zitten in elk lesprogramma, de rest stemt ze af op de doelgroep. Haar belangrijkste doel? ‘Ik wil jongeren meegeven dat seksualiteit bespreekbaar is, dat het geen taboe is. Maar ook meer aandacht voor positieve seksualiteit is belangrijk. Je bent het waard om te staan voor je grenzen én zeker ook je wensen en je mag dus ook genieten van seks.’ Uit onderzoek blijkt dat jongeren die opgroeien in een gezin waar seksualiteit positief benaderd wordt, minder snel grensoverschrijdend gedrag vertonen, later beginnen met seks en ook eerder geneigd zijn tot veilige seks.
Gezond seksueel gedrag
‘En,’ voegt ze toe, ‘vragen of je een glas cola wil is toch ook normaal? Het is eigenlijk hetzelfde als vragen of je iemands borsten even mag aanraken. Als je bij het zoenen al begint met toestemming vragen, wordt het later alleen maar makkelijker en gewoner om te doen.’
‘Als een meisje lacht, betekent dat dan dat ze wil? Of is ze gewoon verlegen?’
Marjolein van de Klundert is zelfstandig trainer en gastdocent op middelbare scholen en beroepsopleidingen. Meer info: marjoleinvandeklundert.nl
‘Wat een tijdverspilling is dit,’ roept een jongen als hij het leslokaal binnenkomt. Morrend gaat hij aan zijn tafel zitten. ‘Ik leer hier helemaal niets.’ Zijn buurman gniffelt. Het is de tweede les van een serie van drie die Marjolein van de Klundert geeft aan deze vmbo-gt-klas. Alle tweedeklassers op het Pius X-College krijgen de lessen seksuele vorming, de derdejaars volgen nog één opfrisles. ‘Seksles’ noemen de leerlingen het. Maar tijdens de les wordt al snel duidelijk dat het om veel meer gaat dan seks.
Gedreven gaat Van de Klundert van start, de klas wacht gelaten af wat komen gaat. De vorige les kwamen de zes criteria voor gezond seksueel gedrag aan bod: toestemming, vrijwilligheid, gelijkwaardigheid, leeftijds- of ontwikkelings-adequaat, context-adequaat en (zelf)respect. Nu gaat de focus nog even naar het aspect van toestemming. Want leerlingen vinden het maar raar, toestemming vragen om iemand te mogen zoenen.
‘Je hoeft toch niet te vragen of iemand dat wil? Dat zie je toch aan iemands lichaamstaal,’ zegt een leerling. ‘Hoe zie je dat dan?,’ reageert Van de Klundert. ‘Als een meisje lacht, betekent dat dan dat ze wil? Of is ze gewoon verlegen? Of zenuwachtig? Of durft ze geen “nee” te zeggen? Niets is zo moeilijk als lichaamstaal, zeker als je iemand nauwelijks kent.’
Op het Pius X-College in het Noord-Brabantse Bladel krijgen alle tweede- en derdejaars seksuele vorming. Ter voorkoming van ongewenst gedrag, leert gastdocent Marjolein van de Klundert hun praten over seksualiteit en maakt ze hen bewuster van hun grenzen en wensen.
‘Seksles’ op de middelbare school
7 min.
Seksuele en relationele vorming
Mariëlle van Bussel