Auteur: Annete Wiesman
Illustratie: Viduals
Leestijd: 6 x 1,5 minuut
6 Professionals
in de buurt
Naast bijvoorbeeld wijkteam en jeugdgezondheidszorg bieden veel organisaties en professionals steun aan kwetsbare gezinnen. Waarvoor kunnen bewoners en collega-professionals bij hen terecht? Klik in de illustratie voor de interviews.
De kortste lijntjes
+
Sociaal advocaat
+
Huisarts
+
Jeugd- en gezinswerkers
+
Leerplichtambtenaar
+
Politie
+
Schuldhulpverlener
Hanneke Chardon is als huisarts werkzaam bij het Gezondheidscentrum Beverwaard in Rotterdam.
Hoe houd jij zicht op kwetsbare gezinnen en kinderen?
Wat doe je voor gezinnen die problemen hebben?
Wat levert die samenwerking op?
Met welke vragen kunnen professionals in de wijk en op school bij jou terecht?
‘We zijn de enige huisartsenpraktijk in deze wijk. We zien veel eenouder- en samengestelde gezinnen, ongewenste zwangerschappen en armoede. Als er een gezin in beeld komt bij het wijkteam, meldt het team dat meestal bij ons en krijgen we informatie over welke hulpverlening er al is.
Ook pas ik de Meldcode Kindermishandeling regelmatig toe in mijn praktijk. Hoewel ik veel kinderen zie die onder toezicht staan of betrokken zijn bij een Veilig Thuis-onderzoek, word ik daar niet altijd van op de hoogte gehouden. Het zou mooi zijn als Veilig Thuis daarvoor aan de ouders toestemming vroeg.’
‘Onze praktijk werkt met het concept Krachtige Basiszorg: als de patiënt aangeeft ook niet-lichamelijke klachten te hebben, gebruik ik een kaartje met het zogenaamde 4Domeinen model. Ik vraag patiënten aan te wijzen of hun problemen vallen in de domeinen lichaam, maatschappij, geest of sociaal. Zo maak ik duidelijk dat wat zij voelen, soms met hun omstandigheden samenhangt. Ik vraag door: met wie woon je in huis, heb je schulden, speelt er een verslaving? De patiënt kiest vervolgens wat hij of zij als eerste wil aanpakken.
Bij zulke maatschappelijke en sociale problemen verwijs ik door naar onze praktijkondersteuner (POH) Krachtige Basiszorg, die onder andere samenwerkt met het wijkteam. Onze POH Jeugd werkt samen met het CJG en de jeugdarts, en onze POH ggz met ggz-organisaties in de buurt en de gespecialiseerde ggz. Onze taak in de wijk is niet zozeer die van spelverdeler, maar van wegwijzer. We zijn op afstand bij het proces betrokken.’
‘Kwetsbare gezinnen zijn vaak al enorm geholpen met praktische zaken. Je moet eerst “droge plekken maken in het moeras”: ervoor zorgen dat zorg kan landen. Angsttherapie voor een kind dat met te veel mensen in een klein huis woont, heeft geen zin. Misschien is het kind minder angstig als de ouders meer rust en aandacht voor hem kunnen hebben.
Empowerment vind ik ook enorm belangrijk. Daarom werk ik in de eerste plaats met ouders samen. Ik stimuleer hen om eigen keuzes te maken en zelf initiatief te nemen bij het zoeken naar hulp. Aan het kind vraag ik: wat heb je nou het hardst nodig? Ik streef “meervoudige partijdigheid” na: we zijn er voor alle generaties en ziekten, en niet voor oordelen, maar behandelen.’
‘Als zij een vermoeden van kindermishandeling hebben bij een gezin dat bij mij staat ingeschreven, en ze hebben toestemming van de ouders, dan kunnen ze me bellen. Maar ook als er psychische problemen spelen bij kinderen of gezinnen.
Het is wel handig om mij daarbij zo goed mogelijk te informeren. Regelmatig sturen scholen of schoolartsen kinderen naar me toe omdat ze een verwijzing naar de gespecialiseerde ggz willen, zonder daarbij een onderbouwing te geven. Ik wil weten: wat heeft de schoolarts gedaan, is er een IQ-test geweest? Misschien spelen er wel heel andere problemen dan school of de schoolarts vermoedt.’
De huisarts
‘Onze taak in de wijk is die van wegwijzer’
Daphne van der Velden en Francois van der Burg werken beiden namens Politie Limburg in Maastricht Noord-Oost.
Wat houdt jullie werk precies in?
Hoe houden jullie zicht op kwetsbare gezinnen en kinderen?
Hoe werken jullie samen met andere professionals in de wijk?
Wat levert die samenwerking binnen de wijk op?
Met welke vragen kunnen andere professionals in de wijk bij jullie terecht?
Daphne: ‘Ik ben als operationeel expert het aanspreekpunt voor de wijkagenten in het stadsdeel.’
Francois: ‘Ik werk als wijkagent in twee wijken binnen dat stadsdeel, namelijk Limmel en Nazareth.’ Daphne: ‘In die voormalige krachtwijken binnen ons stadsdeel is relatief veel sociale problematiek: huiselijk geweld, burenruzies en gezinnen met rugzakjes.’
Francois: ‘Doordat de lijntjes met hulpverleners kort zijn, weet ik vaak welke hulp gezinnen krijgen. Bij een melding van bijvoorbeeld overlast of huiselijk geweld over een gezin ga ik, als er geen situatie is die aanhoudingen noodzakelijk maakt, eerst een praatje maken. Ik kijk hoe de vlag erbij hangt en tast af of onze bemoeienis afdoende is. Als ik me zorgen maak vanwege geweld, verwaarlozing, een kind dat van huis is weggelopen of een onhandelbaar kind dat steeds explodeert, ga ik na of er extra hulp nodig is of schakel ik Veilig Thuis in.’
Daphne: ‘Onze wijkagenten hebben vooral een signalerende functie, bijvoorbeeld bij huiselijk geweld. Via ons zorg- en veiligheidsteam geven zij elke ochtend alle zaken waarover zorgen zijn door aan Veilig Thuis.’
Daphne: ‘Of het nu een huiselijk geweld-casus is, ouders die elkaar het leven zuur maken of een kind dat getuige is van geweld: dankzij samenwerking tussen politie, school, Veilig Thuis en maatschappelijk werk kun je meteen investeren in hulpverlening. Ik had bijvoorbeeld een huiselijk geweld-zaak waarbij de mishandelde vrouw geen aangifte durfde te doen tegen haar man. Ik heb daar bij haar op aangedrongen, met het argument dat hij daarmee verplicht kon worden tot een hulpverleningstraject. Ze heeft het gedaan. Door de agressietherapie die hij kreeg, zag de man uiteindelijk ook in dat hij hulp nodig had.’
Daphne: ‘Professionals weten ons prima te vinden. We zijn er ook voor de veiligheid van de hulpverleners. We gaan weleens mee naar gesprekken met ouders, waar agressie wordt verwacht. Of we zorgen ervoor dat we snel bereikbaar zijn en in de buurt, mocht het uit de hand lopen.’
De politie
‘Dankzij samenwerking kun je vroegtijdig investeren in hulpverlening’
Carlo Welten is sociaal advocaat bij Op Zuid Advocaten, gevestigd tussen de oude Rotterdamse wijken Bloemhof en Hillesluis.
Wat houdt je werk precies in?
Hoe houd je contact met kwetsbare gezinnen of kinderen in de wijk?
Hoe werk je bij de buurtrechtspraak samen met anderen in de wijk?
Wat levert de samenwerking in de buurtrechtspraak op?
‘Als sociaal advocaat verleen ik rechtsbijstand aan gezinnen met een laag inkomen. Ons kantoor neemt ook deel aan de pilot Wijkrechtsspraak op Zuid, die sinds 2020 loopt. Hierin werken rechtspraak, advocatuur, openbaar ministerie, politie en gemeente samen, met de bedoeling om bewoners met multiproblemen, die te maken hebben met een of meer rechtszaken, zo goed mogelijk te helpen. Er wordt gekeken of alles zoveel mogelijk in één zitting kan worden afgehandeld.’
‘De cliënten die deelnemen aan de pilot Wijkrechtspraak zijn per definitie kwetsbaar. Er spelen rechtszaken over bijvoorbeeld winkeldiefstal of huiselijk geweld, de ondertoezichtstelling van kinderen, over kinderen die niet naar school gaan of over een conflict met de woningbouwvereniging. Daarachter gaat vaak een hele wereld schuil van schulden, verstandelijke beperkingen, laaggeletterdheid...’
‘Politie, OM, advocatuur en wijkteams maken een selectie van zaken die in aanmerking komen. Vervolgens worden geschikte casussen in het multidisciplinair overleg besproken met de betrokken wijkteams, de Raad van de Kinderbescherming, Veilig Thuis, jeugdbescherming, het Openbaar Ministerie en ikzelf als advocaat. Daarnaast werk ik samen met reclassering en soms een begeleider van MEE.’
‘Dankzij dat multidisciplinair overleg heb ik als advocaat al in een vroege fase informatie over alles wat er speelt. Ook kan ik tijdens zo’n overleg soms het standpunt van mijn cliënt al naar voren brengen.
De rechtbank zit midden in de wijk en is daardoor laagdrempelig en informeel – er ligt zelfs een gezellig Perzisch tapijtje op de vloer. In plaats van een geheven vingertje richting de cliënt, ga je hier echt met z’n allen in gesprek. Tijdens de zitting wordt de casus uitvoerig besproken en de cliënt kan zelf zijn stem laten horen.
In een recente huiselijk-geweldzaak met drugsproblemen schreef de reclassering meteen na de zitting een rapportage en iedereen kwam in actie. Dankzij deze aanpak wordt een cliënt echt een tijdje bij de hand genomen. Dat is stukken effectiever dan zeggen: “Over een paar maanden moet je bij de rechter komen, tot die tijd zoek je het maar uit.”’
In Amsterdam Zuidoost wordt een buurtrechtbank geopend. Lees hier een artikel daarover in het NRC.
De sociaal advocaat
‘We nemen een cliënt echt een tijdje bij de hand’
Rochelle Benard en Willemijn Markhorst zijn jeugd- en gezinswerkers bij Buurtplein in Doetinchem-Noord.
Wat houdt jullie werk in?
Hoe houd je zicht op kwetsbare gezinnen?
Wat doen jullie voor hen?
Met welke vragen kunnen andere professionals in de wijk bij jullie terecht?
Rochelle: ‘Onze expertise is heel divers. We kunnen adviseren bij een licht verstandelijke beperking, gedragsproblemen, echtscheidingsproblemen en opvoeding. Soms speelt er ook huiselijk geweld. We komen bij mensen thuis zonder de hulpvraag precies te kennen. Als iemand vraagt om te helpen met het invullen van een formulier, komen er al snel allerlei andere problemen aan de orde. Wij kunnen meedenken op alle levensdomeinen en doorverwijzen naar gespecialiseerde hulp. Doordat er regelmatig veel verschillende problemen spelen, zijn we vaak langere tijd betrokken bij een gezin.’
Willemijn: ‘Gezinnen komen bij ons via het wijkteam, de scholen of Veilig Thuis, maar ze weten ons ook zelf te vinden. En veel mensen komen via via, bijvoorbeeld doordat een buurvrouw heeft aangeraden om ons te bellen. Vanwege ons werk zijn we regelmatig op het schoolplein, waardoor ouders ons makkelijk even aanspreken.
In bepaalde straten komen wij achter bijna elke voordeur. Bij veel gezinnen blijven we continue op de achtergrond meekijken. We weten waar de kinderen naar school gaan, hebben contact met IB’ers en zitten bij de gesprekken van het ondersteuningsteam op school. Daardoor hebben we goed zicht op de gezinnen waar zorgen over zijn.’
Rochelle: ‘Meer dan de helft van ons werk bestaat uit samenwerken. Neem jongeren waarvoor diagnostiek wordt aangevraagd bij de huisarts of de ggz. Als ze zich bij Buurtplein melden, of via onze POH-jeugdlijn voor huisartsen, onderzoeken wij in gesprekken met school wat er precies aan de hand is.
Soms zijn enkele gesprekken met ons al voldoende. Bij een jongen kwamen we er bijvoorbeeld al snel achter dat hij waarschijnlijk geen gedragsproblematiek had, maar een knauw had gekregen van de ernstige ziekte van zijn vader.’
Willemijn: ‘Maar we doen veel meer. Zo hebben we een poli voor kwetsbare zwangeren. Daardoor kunnen we preventief helpen en komen we niet pas op het toneel als er in het gezin een crisissituatie is. Voor huurproblemen of schulden hebben we een bureau voor financiële ondersteuning. Daardoor kunnen we elke keer duidelijk maken: we zijn er om jou te helpen.’
Rochelle: ‘Outreachend werk is bij ons belangrijk. We vragen ouders oprecht: hoe zit je erbij? Soms verbaast het me hoe snel ze hun verhaal vertellen.’
Willemijn: ‘Ik kom veel bij jonge moeders. Doordat ik vertrouwen in hen heb, hebben zij het in mij. Wij geven ze het gevoel: wat er ook gebeurt, je mag er zijn.’
Willemijn: ‘Als een professional zich zorgen maakt over een kind, kan hij of zij met ons overleggen over welke hulp passend is. We zijn er voor consultatie en advies. Wij hebben een helikopterview en kunnen en mogen waar nodig de regie nemen. Als wij ouders bijvoorbeeld voor opvoedingsondersteuning hebben verwezen naar het consultatiebureau, neemt het consultatiebureau na afloop weer contact met ons op om te bespreken: hoe nu verder?’
Rochelle: ‘Wat we doen wordt nog weleens onderschat. Wij geven beschikkingen af, doen gedegen onderzoek. Ik denk soms: mensen zouden eens een tijdje met ons moeten meelopen, dan zien ze hoe veelzijdig ons werk is.’
De jeugd- en gezinswerkers
‘In bepaalde straten komen wij achter bijna elke voordeur’
Jacqueline Janssen werkt voor Bureau Voortijdig Schoolverlaten van Parkstad Limburg.
In wat voor type wijken werk je?
Hoe houd je zicht op kwetsbare gezinnen en kinderen?
Hoe werk je samen met anderen in de wijk?
Wat levert die samenwerking op?
‘Wij werken vanuit Heerlen voor alle kinderen in de zeven Parkstad-gemeenten. Er zijn in onze regio relatief veel kwetsbare gezinnen en kinderen. We scoren hoog op alle lijstjes: een laag opleidingsniveau, veel uitkeringen en een hoge zorgconsumptie.’
‘Als een leerling verzuimt, sturen we een brief, voeren we een gesprek op school of gaan we op huisbezoek. We gaan na of er hulp nodig is. Er kan van alles aan de hand zijn, zoals een verkeerde schoolkeuze, schulden, veel verhuizingen of gezinsproblemen. Zo nodig overleggen we, met toestemming van ouders of de jongere, met het expertiseteam jeugdhulp van de gemeente over mogelijke hulp.
Pas als een gezin weigert mee te werken, komt er een proces-verbaal. We doen veel meer dan sec de wet uitvoeren. Zo zijn onze consulenten in het voortgezet onderwijs en het mbo wekelijks een dagdeel op school aanwezig om gesprekken te voeren met kinderen of jongeren die verzuimd hebben.
En ze schuiven aan bij zogenaamde knooppunt-gesprekken, die gevoerd worden met onder andere de ouders en/of jongere, de school, schoolartsen en schoolmaatschappelijk werk, als het niet lekker loopt met een leerling. Wanneer een kind veel ziekteverzuim heeft, bekijkt de schoolarts of de klachten daarbij passen. Zo niet, dan krijgen wij van de school een melding van vermoedelijk ongeoorloofd schoolverzuim en gaan we kijken wat er aan de hand is.’
‘We hebben een breed netwerk van scholen, gemeenten, psychologen, huisartsen, jeugdhulpverlening, politie, rechtbank en anderen. Afhankelijk van de casus passen we het netwerk aan. Soms, als er een jongere is over wie we ons zorgen maken, vinden we elkaar ook via de verwijsindex risicojongeren (VIR): daarin delen twee partijen die zich zorgen maken over een jongere, met toestemming van ouders en/of jongere, relevante informatie met elkaar.
We zijn ook aangesloten bij Handle with Care; een samenwerkingsverband met politie, onderwijs en Veilig Thuis. Daarbij geeft de politie, als er sprake is van een geweldsituatie in een gezin, niet alleen een zorgmelding bij Veilig Thuis. Ze stuurt ook een korte mail aan ons met de boodschap dát er iets speelt, maar niet wát er speelt. Wij doen daar zelf niets mee – daarvoor is tenslotte toestemming nodig van de ouders – maar sturen de mail door naar de school. Zo weet de leerkracht voor aanvang van de lesdag dat de leerling misschien wat meer aandacht of begrip nodig heeft.’
‘We proberen zo vroeg mogelijk betrokken te zijn, zodat een zetje in de rug genoeg is. Met onze brede inzet laten we zien dat we willen helpen. Is een jongere eenmaal uitgevallen, dan is de weg terug véél lastiger.’
De leerplichtambtenaar
‘We doen veel meer dan sec de wet uitvoeren’
Gaby Nijhove is SEZO Schuldhulpverlening in de wijk Amsterdam Nieuw-West.
Wat houdt je werk in?
Hoe houd je zicht op kwetsbare gezinnen en kinderen in de wijk?
Hoe werk je samen met andere professionals in de wijk?
‘We helpen mensen met financiële problemen. In deze buurt wonen relatief veel mensen die het zwaar hebben: lage inkomens, schuldenproblematiek. Meestal komen cliënten hier binnen met een brief van een deurwaarder waarin ze gesommeerd worden om meteen een bedrag te betalen. We brengen samen met de cliënt de schulden in kaart. Dat dossier sturen we op naar de Gemeentelijke Kredietbank van Amsterdam (GKA), die met de schuldeisers onderhandelt.
Als die allemaal akkoord gaan, moet de cliënt een afgesproken bedrag aflossen. Wanneer een van de schuldeisers niet akkoord gaat, proberen we dat via de rechtbank af te dwingen met een dwangakkoord. Als dat ook niet lukt, is er nog het Wet schuldsanering natuurlijke personen (WSNP)-traject: een persoonlijk faillissement, waarbij de cliënt in drie jaar onder strenge voorwaarden moet proberen de schuldeisers zoveel mogelijk terug te betalen. Daarna is hij schuldenvrij.’
‘Kwetsbare gezinnen bereiken we via onze outreachende ketenpartners, zoals HVO-Querido, en via ons eigen team Vroeg Eropaf, dat in actie komt als bijvoorbeeld de huur niet wordt betaald. Ook de rechtbank en het wijkteam verwijzen regelmatig kwetsbare gezinnen naar ons door. Maar kwetsbare gezinnen komen ook zelf naar ons toe.
Een van de gezinnen die naar me waren doorverwezen, dreigde uit huis te worden gezet vanwege huurachterstand. Omdat de ouders nergens op reageerden, heb ik de auto gepakt en bij ze aangebeld: “Als jullie nú geen afspraak met me maken, gaat het mis!” Uiteindelijk is het gelukt om hen in het schuldsaneringstraject te krijgen. Voor de kinderen heb ik maatschappelijk werk en Sportfonds ingeschakeld. Het gezin zoekt nu naar een woning in de sociale sector, met hulp van de gemeente Amsterdam en de woningbouwvereniging. Eigenlijk is dit niet onze taak, maar juist als een zaak complex is, gaat het bij mij kriebelen.’
‘We kijken altijd breed naar wat er speelt. Ouders die gestrest zijn, hebben minder aandacht voor de financiën. Als zij dan ook de brieven die zij ontvangen niet goed begrijpen en er geen geld binnenkomt door uitval van werk, gaat het mis. Daarom werken we intensief samen met ggz-organisaties, maatschappelijk werk, Jeugdzorg, de Voedselbank, huisartsen, het Doorbraakfonds en het Verbond van 100. Dat laatste is een experimenteel interdisciplinair team dat buurtteams in Amsterdam adviseert. Als cliënten hun administratie zelf niet aankunnen, bieden we ze via onze samenwerkingspartners budgetbeheer of beschermingsbewind aan.
Door die samenwerking haal ik alles uit de kast. Als professional zal ik niet snel zeggen: “Ach, het traject heeft niet geholpen, ik laat het los.” Ik houd iemand in mijn caseload tot het beter gaat.’
De schuldhulpverlener
‘We kijken altijd breed naar wat er speelt’
+
Schuldhulpverlener
+
Politie
+
Leerplichtambtenaar
+
Jeugd- en gezinswerkers
+
Huisarts
+
Sociaal advocaat
6 Professionals
in de buurt
Naast bijvoorbeeld wijkteam en jeugdgezondheidszorg bieden veel organisaties en professionals steun aan kwetsbare gezinnen. Waarvoor kunnen bewoners en collega-professionals bij hen terecht? Klik in de illustratie voor de interviews.
De kortste lijntjes
Auteur: Annete Wiesman
Illustratie: Viduals
Leestijd: 6 x 1,5 minuut
‘Onze taak in de wijk is die van wegwijzer’
De huisarts
Hanneke Chardon is als huisarts werkzaam bij het Gezondheidscentrum Beverwaard in Rotterdam.
Hoe houd jij zicht op kwetsbare gezinnen en kinderen?
‘We zijn de enige huisartsenpraktijk in deze wijk. We zien veel eenouder- en samengestelde gezinnen, ongewenste zwangerschappen en armoede. Als er een gezin in beeld komt bij het wijkteam, meldt het team dat meestal bij ons en krijgen we informatie over welke hulpverlening er al is.
Ook pas ik de Meldcode Kindermishandeling regelmatig toe in mijn praktijk. Hoewel ik veel kinderen zie die onder toezicht staan of betrokken zijn bij een Veilig Thuis-onderzoek, word ik daar niet altijd van op de hoogte gehouden. Het zou mooi zijn als Veilig Thuis daarvoor aan de ouders toestemming vroeg.’
Wat doe je voor gezinnen die problemen hebben?
Wat levert die samenwerking op?
‘Onze praktijk werkt met het concept Krachtige Basiszorg: als de patiënt aangeeft ook niet-lichamelijke klachten te hebben, gebruik ik een kaartje met het zogenaamde 4Domeinen model. Ik vraag patiënten aan te wijzen of hun problemen vallen in de domeinen lichaam, maatschappij, geest of sociaal. Zo maak ik duidelijk dat wat zij voelen, soms met hun omstandigheden samenhangt. Ik vraag door: met wie woon je in huis, heb je schulden, speelt er een verslaving? De patiënt kiest vervolgens wat hij of zij als eerste wil aanpakken.
Bij zulke maatschappelijke en sociale problemen verwijs ik door naar onze praktijkondersteuner (POH) Krachtige Basiszorg, die onder andere samenwerkt met het wijkteam. Onze POH Jeugd werkt samen met het CJG en de jeugdarts, en onze POH ggz met ggz-organisaties in de buurt en de gespecialiseerde ggz. Onze taak in de wijk is niet zozeer die van spelverdeler, maar van wegwijzer. We zijn op afstand bij het proces betrokken.’
‘Kwetsbare gezinnen zijn vaak al enorm geholpen met praktische zaken. Je moet eerst “droge plekken maken in het moeras”: ervoor zorgen dat zorg kan landen. Angsttherapie voor een kind dat met te veel mensen in een klein huis woont, heeft geen zin. Misschien is het kind minder angstig als de ouders meer rust en aandacht voor hem kunnen hebben.
Empowerment vind ik ook enorm belangrijk. Daarom werk ik in de eerste plaats met ouders samen. Ik stimuleer hen om eigen keuzes te maken en zelf initiatief te nemen bij het zoeken naar hulp. Aan het kind vraag ik: wat heb je nou het hardst nodig? Ik streef “meervoudige partijdigheid” na: we zijn er voor alle generaties en ziekten, en niet voor oordelen, maar behandelen.’
Met welke vragen kunnen professionals in de wijk en op school bij jou terecht?
‘Als zij een vermoeden van kindermishandeling hebben bij een gezin dat bij mij staat ingeschreven, en ze hebben toestemming van de ouders, dan kunnen ze me bellen. Maar ook als er psychische problemen spelen bij kinderen of gezinnen.
Het is wel handig om mij daarbij zo goed mogelijk te informeren. Regelmatig sturen scholen of schoolartsen kinderen naar me toe omdat ze een verwijzing naar de gespecialiseerde ggz willen, zonder daarbij een onderbouwing te geven. Ik wil weten: wat heeft de schoolarts gedaan, is er een IQ-test geweest? Misschien spelen er wel heel andere problemen dan school of de schoolarts vermoedt.’
‘Dankzij samenwerking kun je vroegtijdig investeren in hulpverlening’
De politie
Daphne van der Velden en Francois van der Burg werken beiden namens Politie Limburg in Maastricht Noord-Oost.
Wat houdt jullie werk precies in?
Daphne: ‘Ik ben als operationeel expert het aanspreekpunt voor de wijkagenten in het stadsdeel.’
Francois: ‘Ik werk als wijkagent in twee wijken binnen dat stadsdeel, namelijk Limmel en Nazareth.’ Daphne: ‘In die voormalige krachtwijken binnen ons stadsdeel is relatief veel sociale problematiek: huiselijk geweld, burenruzies en gezinnen met rugzakjes.’
Hoe houden jullie zicht op kwetsbare gezinnen en kinderen?
Francois: ‘Doordat de lijntjes met hulpverleners kort zijn, weet ik vaak welke hulp gezinnen krijgen. Bij een melding van bijvoorbeeld overlast of huiselijk geweld over een gezin ga ik, als er geen situatie is die aanhoudingen noodzakelijk maakt, eerst een praatje maken. Ik kijk hoe de vlag erbij hangt en tast af of onze bemoeienis afdoende is. Als ik me zorgen maak vanwege geweld, verwaarlozing, een kind dat van huis is weggelopen of een onhandelbaar kind dat steeds explodeert, ga ik na of er extra hulp nodig is of schakel ik Veilig Thuis in.’
Hoe werken jullie samen met andere professionals in de wijk?
Daphne: ‘Onze wijkagenten hebben vooral een signalerende functie, bijvoorbeeld bij huiselijk geweld. Via ons zorg- en veiligheidsteam geven zij elke ochtend alle zaken waarover zorgen zijn door aan Veilig Thuis.’
Wat levert die samenwerking binnen de wijk op?
Daphne: ‘Of het nu een huiselijk geweld-casus is, ouders die elkaar het leven zuur maken of een kind dat getuige is van geweld: dankzij samenwerking tussen politie, school, Veilig Thuis en maatschappelijk werk kun je meteen investeren in hulpverlening. Ik had bijvoorbeeld een huiselijk geweld-zaak waarbij de mishandelde vrouw geen aangifte durfde te doen tegen haar man. Ik heb daar bij haar op aangedrongen, met het argument dat hij daarmee verplicht kon worden tot een hulpverleningstraject. Ze heeft het gedaan. Door de agressietherapie die hij kreeg, zag de man uiteindelijk ook in dat hij hulp nodig had.’
Met welke vragen kunnen andere professionals in de wijk bij jullie terecht?
Daphne: ‘Professionals weten ons prima te vinden. We zijn er ook voor de veiligheid van de hulpverleners. We gaan weleens mee naar gesprekken met ouders, waar agressie wordt verwacht. Of we zorgen ervoor dat we snel bereikbaar zijn en in de buurt, mocht het uit de hand lopen.’
‘We nemen een cliënt echt een tijdje bij de hand’
De sociaal advocaat
Carlo Welten is sociaal advocaat bij Op Zuid Advocaten, gevestigd tussen de oude Rotterdamse wijken Bloemhof en Hillesluis.
Wat houdt je werk precies in?
‘Als sociaal advocaat verleen ik rechtsbijstand aan gezinnen met een laag inkomen. Ons kantoor neemt ook deel aan de pilot Wijkrechtsspraak op Zuid, die sinds 2020 loopt. Hierin werken rechtspraak, advocatuur, openbaar ministerie, politie en gemeente samen, met de bedoeling om bewoners met multiproblemen, die te maken hebben met een of meer rechtszaken, zo goed mogelijk te helpen. Er wordt gekeken of alles zoveel mogelijk in één zitting kan worden afgehandeld.’
Hoe houd je contact met kwetsbare gezinnen of kinderen in de wijk?
‘De cliënten die deelnemen aan de pilot Wijkrechtspraak zijn per definitie kwetsbaar. Er spelen rechtszaken over bijvoorbeeld winkeldiefstal of huiselijk geweld, de ondertoezichtstelling van kinderen, over kinderen die niet naar school gaan of over een conflict met de woningbouwvereniging. Daarachter gaat vaak een hele wereld schuil van schulden, verstandelijke beperkingen, laaggeletterdheid...’
Hoe werk je bij de buurtrechtspraak samen met anderen in de wijk?
‘Politie, OM, advocatuur en wijkteams maken een selectie van zaken die in aanmerking komen. Vervolgens worden geschikte casussen in het multidisciplinair overleg besproken met de betrokken wijkteams, de Raad van de Kinderbescherming, Veilig Thuis, jeugdbescherming, het Openbaar Ministerie en ikzelf als advocaat. Daarnaast werk ik samen met reclassering en soms een begeleider van MEE.’
Wat levert de samenwerking in de buurtrechtspraak op?
‘Dankzij dat multidisciplinair overleg heb ik als advocaat al in een vroege fase informatie over alles wat er speelt. Ook kan ik tijdens zo’n overleg soms het standpunt van mijn cliënt al naar voren brengen.
De rechtbank zit midden in de wijk en is daardoor laagdrempelig en informeel – er ligt zelfs een gezellig Perzisch tapijtje op de vloer. In plaats van een geheven vingertje richting de cliënt, ga je hier echt met z’n allen in gesprek. Tijdens de zitting wordt de casus uitvoerig besproken en de cliënt kan zelf zijn stem laten horen.
In een recente huiselijk-geweldzaak met drugsproblemen schreef de reclassering meteen na de zitting een rapportage en iedereen kwam in actie. Dankzij deze aanpak wordt een cliënt echt een tijdje bij de hand genomen. Dat is stukken effectiever dan zeggen: “Over een paar maanden moet je bij de rechter komen, tot die tijd zoek je het maar uit.”’
In Amsterdam Zuidoost wordt een buurtrechtbank geopend. Lees hier een artikel daarover in het NRC.
‘In bepaalde straten komen wij achter bijna elke voordeur’
De jeugd- en gezinswerkers
Rochelle Benard en Willemijn Markhorst zijn jeugd- en gezinswerkers bij Buurtplein in Doetinchem-Noord.
Wat houdt jullie werk in?
Rochelle: ‘Onze expertise is heel divers. We kunnen adviseren bij een licht verstandelijke beperking, gedragsproblemen, echtscheidingsproblemen en opvoeding. Soms speelt er ook huiselijk geweld. We komen bij mensen thuis zonder de hulpvraag precies te kennen. Als iemand vraagt om te helpen met het invullen van een formulier, komen er al snel allerlei andere problemen aan de orde. Wij kunnen meedenken op alle levensdomeinen en doorverwijzen naar gespecialiseerde hulp. Doordat er regelmatig veel verschillende problemen spelen, zijn we vaak langere tijd betrokken bij een gezin.’
Hoe houd je zicht op kwetsbare gezinnen?
Willemijn: ‘Gezinnen komen bij ons via het wijkteam, de scholen of Veilig Thuis, maar ze weten ons ook zelf te vinden. En veel mensen komen via via, bijvoorbeeld doordat een buurvrouw heeft aangeraden om ons te bellen. Vanwege ons werk zijn we regelmatig op het schoolplein, waardoor ouders ons makkelijk even aanspreken.
In bepaalde straten komen wij achter bijna elke voordeur. Bij veel gezinnen blijven we continue op de achtergrond meekijken. We weten waar de kinderen naar school gaan, hebben contact met IB’ers en zitten bij de gesprekken van het ondersteuningsteam op school. Daardoor hebben we goed zicht op de gezinnen waar zorgen over zijn.’
Wat doen jullie voor hen?
Rochelle: ‘Meer dan de helft van ons werk bestaat uit samenwerken. Neem jongeren waarvoor diagnostiek wordt aangevraagd bij de huisarts of de ggz. Als ze zich bij Buurtplein melden, of via onze POH-jeugdlijn voor huisartsen, onderzoeken wij in gesprekken met school wat er precies aan de hand is.
Soms zijn enkele gesprekken met ons al voldoende. Bij een jongen kwamen we er bijvoorbeeld al snel achter dat hij waarschijnlijk geen gedragsproblematiek had, maar een knauw had gekregen van de ernstige ziekte van zijn vader.’
Willemijn: ‘Maar we doen veel meer. Zo hebben we een poli voor kwetsbare zwangeren. Daardoor kunnen we preventief helpen en komen we niet pas op het toneel als er in het gezin een crisissituatie is. Voor huurproblemen of schulden hebben we een bureau voor financiële ondersteuning. Daardoor kunnen we elke keer duidelijk maken: we zijn er om jou te helpen.’
Rochelle: ‘Outreachend werk is bij ons belangrijk. We vragen ouders oprecht: hoe zit je erbij? Soms verbaast het me hoe snel ze hun verhaal vertellen.’
Willemijn: ‘Ik kom veel bij jonge moeders. Doordat ik vertrouwen in hen heb, hebben zij het in mij. Wij geven ze het gevoel: wat er ook gebeurt, je mag er zijn.’
Met welke vragen kunnen andere professionals in de wijk bij jullie terecht?
Willemijn: ‘Als een professional zich zorgen maakt over een kind, kan hij of zij met ons overleggen over welke hulp passend is. We zijn er voor consultatie en advies. Wij hebben een helikopterview en kunnen en mogen waar nodig de regie nemen. Als wij ouders bijvoorbeeld voor opvoedingsondersteuning hebben verwezen naar het consultatiebureau, neemt het consultatiebureau na afloop weer contact met ons op om te bespreken: hoe nu verder?’
Rochelle: ‘Wat we doen wordt nog weleens onderschat. Wij geven beschikkingen af, doen gedegen onderzoek. Ik denk soms: mensen zouden eens een tijdje met ons moeten meelopen, dan zien ze hoe veelzijdig ons werk is.’
‘We doen veel meer dan sec de wet uitvoeren’
De leerplichtambtenaar
Jacqueline Janssen werkt voor Bureau Voortijdig Schoolverlaten van Parkstad Limburg.
In wat voor type wijken werk je?
Hoe houd je zicht op kwetsbare gezinnen en kinderen?
‘Wij werken vanuit Heerlen voor alle kinderen in de zeven Parkstad-gemeenten. Er zijn in onze regio relatief veel kwetsbare gezinnen en kinderen. We scoren hoog op alle lijstjes: een laag opleidingsniveau, veel uitkeringen en een hoge zorgconsumptie.’
‘Als een leerling verzuimt, sturen we een brief, voeren we een gesprek op school of gaan we op huisbezoek. We gaan na of er hulp nodig is. Er kan van alles aan de hand zijn, zoals een verkeerde schoolkeuze, schulden, veel verhuizingen of gezinsproblemen. Zo nodig overleggen we, met toestemming van ouders of de jongere, met het expertiseteam jeugdhulp van de gemeente over mogelijke hulp.
Pas als een gezin weigert mee te werken, komt er een proces-verbaal. We doen veel meer dan sec de wet uitvoeren. Zo zijn onze consulenten in het voortgezet onderwijs en het mbo wekelijks een dagdeel op school aanwezig om gesprekken te voeren met kinderen of jongeren die verzuimd hebben.
En ze schuiven aan bij zogenaamde knooppunt-gesprekken, die gevoerd worden met onder andere de ouders en/of jongere, de school, schoolartsen en schoolmaatschappelijk werk, als het niet lekker loopt met een leerling. Wanneer een kind veel ziekteverzuim heeft, bekijkt de schoolarts of de klachten daarbij passen. Zo niet, dan krijgen wij van de school een melding van vermoedelijk ongeoorloofd schoolverzuim en gaan we kijken wat er aan de hand is.’
Hoe werk je samen met anderen in de wijk?
‘We hebben een breed netwerk van scholen, gemeenten, psychologen, huisartsen, jeugdhulpverlening, politie, rechtbank en anderen. Afhankelijk van de casus passen we het netwerk aan. Soms, als er een jongere is over wie we ons zorgen maken, vinden we elkaar ook via de verwijsindex risicojongeren (VIR): daarin delen twee partijen die zich zorgen maken over een jongere, met toestemming van ouders en/of jongere, relevante informatie met elkaar.
We zijn ook aangesloten bij Handle with Care; een samenwerkingsverband met politie, onderwijs en Veilig Thuis. Daarbij geeft de politie, als er sprake is van een geweldsituatie in een gezin, niet alleen een zorgmelding bij Veilig Thuis. Ze stuurt ook een korte mail aan ons met de boodschap dát er iets speelt, maar niet wát er speelt. Wij doen daar zelf niets mee – daarvoor is tenslotte toestemming nodig van de ouders – maar sturen de mail door naar de school. Zo weet de leerkracht voor aanvang van de lesdag dat de leerling misschien wat meer aandacht of begrip nodig heeft.’
Wat levert die samenwerking op?
‘We proberen zo vroeg mogelijk betrokken te zijn, zodat een zetje in de rug genoeg is. Met onze brede inzet laten we zien dat we willen helpen. Is een jongere eenmaal uitgevallen, dan is de weg terug véél lastiger.’
‘We kijken altijd breed naar wat er speelt’
De schuldhulpverlener
Gaby Nijhove is SEZO Schuldhulpverlening in de wijk Amsterdam Nieuw-West.
Wat houdt je werk in?
‘We helpen mensen met financiële problemen. In deze buurt wonen relatief veel mensen die het zwaar hebben: lage inkomens, schuldenproblematiek. Meestal komen cliënten hier binnen met een brief van een deurwaarder waarin ze gesommeerd worden om meteen een bedrag te betalen. We brengen samen met de cliënt de schulden in kaart. Dat dossier sturen we op naar de Gemeentelijke Kredietbank van Amsterdam (GKA), die met de schuldeisers onderhandelt.
Als die allemaal akkoord gaan, moet de cliënt een afgesproken bedrag aflossen. Wanneer een van de schuldeisers niet akkoord gaat, proberen we dat via de rechtbank af te dwingen met een dwangakkoord. Als dat ook niet lukt, is er nog het Wet schuldsanering natuurlijke personen (WSNP)-traject: een persoonlijk faillissement, waarbij de cliënt in drie jaar onder strenge voorwaarden moet proberen de schuldeisers zoveel mogelijk terug te betalen. Daarna is hij schuldenvrij.’
Hoe houd je zicht op kwetsbare gezinnen en kinderen in de wijk?
‘Kwetsbare gezinnen bereiken we via onze outreachende ketenpartners, zoals HVO-Querido, en via ons eigen team Vroeg Eropaf, dat in actie komt als bijvoorbeeld de huur niet wordt betaald. Ook de rechtbank en het wijkteam verwijzen regelmatig kwetsbare gezinnen naar ons door. Maar kwetsbare gezinnen komen ook zelf naar ons toe.
Een van de gezinnen die naar me waren doorverwezen, dreigde uit huis te worden gezet vanwege huurachterstand. Omdat de ouders nergens op reageerden, heb ik de auto gepakt en bij ze aangebeld: “Als jullie nú geen afspraak met me maken, gaat het mis!” Uiteindelijk is het gelukt om hen in het schuldsaneringstraject te krijgen. Voor de kinderen heb ik maatschappelijk werk en Sportfonds ingeschakeld. Het gezin zoekt nu naar een woning in de sociale sector, met hulp van de gemeente Amsterdam en de woningbouwvereniging. Eigenlijk is dit niet onze taak, maar juist als een zaak complex is, gaat het bij mij kriebelen.’
Hoe werk je samen met andere professionals in de wijk?
‘We kijken altijd breed naar wat er speelt. Ouders die gestrest zijn, hebben minder aandacht voor de financiën. Als zij dan ook de brieven die zij ontvangen niet goed begrijpen en er geen geld binnenkomt door uitval van werk, gaat het mis. Daarom werken we intensief samen met ggz-organisaties, maatschappelijk werk, Jeugdzorg, de Voedselbank, huisartsen, het Doorbraakfonds en het Verbond van 100. Dat laatste is een experimenteel interdisciplinair team dat buurtteams in Amsterdam adviseert. Als cliënten hun administratie zelf niet aankunnen, bieden we ze via onze samenwerkingspartners budgetbeheer of beschermingsbewind aan.
Door die samenwerking haal ik alles uit de kast. Als professional zal ik niet snel zeggen: “Ach, het traject heeft niet geholpen, ik laat het los.” Ik houd iemand in mijn caseload tot het beter gaat.’