Toch gebeurt het vaak dat professionals het onveilige netwerk uit de weg gaan, ziet Drion om zich heen. ‘Dit werk ligt onder een vergrootglas, en dus zijn ze bang dat het misgaat. Familie en vrienden zeggen toch dat er niets aan de hand is, is vaak de gedachte. Die gaan echt niet vertellen dat moeder niet goed voor de kinderen zorgt. Maar ga je als professional alleen op zoek naar verhalen die jouw vermoeden van onveiligheid bevestigen? Of sta je ook open voor andere verhalen?’
Historica Jorien Meerdink hield decennialang voor zichzelf dat ze vroeger thuis mishandeld en misbruikt werd. ‘Toen ik op mijn 50e een reünie van de buurt bezocht, vertelde ik voor het eerst dat ik mishandeld was. Wat bleek? Vrijwel al mijn buurtgenoten wisten ervan of hadden het in hun eigen gezin ook meegemaakt. Ik was verbijsterd.’ Lees het interview dat Augeo Magazine eerder met Jorien Meerdink had.
‘Iedereen wist ervan’
De Amerikaanse jeugdbeschermer Kevin Campbell is de bedenker van Family Finding, een methode om uit huis geplaatste kinderen te herenigen met hun familie. Ieder kind heeft familie nodig, is het idee, zodat het kan profiteren van levenslange, betekenisvolle verbindingen die alleen een familie kan bieden. Hij kreeg zelfs voor elkaar dat alle Amerikaanse pleegkinderen er recht op hebben. ‘Zij hebben hun familie keihard nodig.’ Lees het interview dat Augeo Magazine eerder had met Kevin Campbell.
Family Finding: kinderen herenigen met familie
Dit artikel verscheen eerder in Augeo Magazine 18 – april 2020 Samenwerken rondom gezinnen
Het vergt lef om in zee te gaan met ‘onveilige’ mensen, erkent Drion. ‘Maar als we het netwerk durven vertrouwen, en insteken op kansen en mogelijkheden, gaan er vaak meer dingen goed dat we hadden durven hopen. Het is goed om als professional eens op je handen te gaan zitten en te vertrouwen op de oplossingen van het netwerk.’
Want waarom zou je de jongen in de leefgroep, in wiens ouderlijk huis veel drugs wordt gebruikt, niet een keer per week laten ophalen door zijn familieleden? ‘Jeugdbescherming is het daar niet mee eens, maar zo snijd je die jongen af van zijn familie,’ zegt Drion. ‘De primaire focus is dat het goed gaat met het kind, in een pleeggezin of een leefgroep, maar de verbinding met het oude netwerk is ook heel belangrijk.’
Keizer: ‘Soms hebben de mensen die niet meewerken, of voor onveiligheid zorgen, juist de meeste invloed. Dat kun je niet negeren.’ Ze geeft het voorbeeld van een alleenstaande moeder die overbelast was. Haar moeder (de oma van de kinderen), die zich op een vervelende manier bemoeide met het gezin, had forse psychiatrische problemen. ‘Deze oma zal altijd een rol blijven spelen in het gezin van haar dochter, terwijl wij weer vertrekken.’
Het netwerk heeft ervoor gezorgd dat deze oma inmiddels beter begrijpt wat haar invloed is op het gezin van haar dochter. Zonder haar af te vallen, en door haar ook haar zegje te laten doen, is deze oma verteld dat ze minder een beroep moet doen op haar dochter. Een patroon moest doorbroken worden. Keizer: ‘Als we alleen op de moeder en haar kind hadden gefocust, was de angel er niet uitgehaald.’
Op je handen zitten
Patroon doorbreken
Nic Drion:
‘Het netwerk gaat echt niet vertellen dat moeder niet goed voor de kinderen zorgt, is vaak de gedachte’
Nic Drion:
‘Het is veel interessanter om te kijken naar wat wél kan in plaats van wat níet kan’
Nic Drion:
‘Ouders die denken niemand te hebben, kun je een ander perspectief laten zien’
Anneke Keizer:
‘Met de vraag: wie vinden het belangrijk dat het goed met jullie gaat?, open je deuren bij ouders’
Laat familie en vrienden zélf bepalen wat ze willen en kunnen doen. Waar geloven zíj in? Wat is voor hen haalbaar?
Stel je als professional terughoudend op ̶ tenzij de veiligheid van een kind in het geding is. De jeugdbeschermer kan dan bodemeisen stellen, zoals: ‘Er moeten minimaal drie betrouwbare personen in het netwerk zijn die precies weten wat er aan de hand is in het gezin, en die om de beurt elke dag langskomen om te kijken of het goed gaat’.
Maak duidelijke en concrete afspraken: wie doet wat op welke dag? Gebruik hier desnoods een rooster bij.
Maak duidelijk bij wie iemand zich kan afmelden als een afspraak niet kan doorgaan.
Bepaal samen wie het aanspreekpunt wordt voor alle betrokkenen. Als iemand uit het netwerk zich bijvoorbeeld zorgen maakt, kan hij of zij dit melden bij het aanspreekpunt.
Houd met alle betrokkenen een logboek bij. Daarin schrijft iedereen wat hij/zij die dag gedaan heeft. Wat is hem opgevallen? Bijzonderheden?
Bepaal samen met het gezin hoe lang jullie dit plan volgen. Daarna komt er een evaluatie en kunnen dingen bijgesteld worden.
Houd het netwerk zich niet aan de afspraken, plan dan een nieuwe bijeenkomst en evalueer. Wat is er nodig om het wel te laten slagen? Schrijf het netwerk niet af, maar doe een nieuwe poging.
Maak samen met het netwerk een plan B. Voor het geval plan A (tijdelijk) niet blijkt te werken.
Aandachtpunten bij het inzetten van het netwerk
De oplossing is een veiligheidsplan waarin ook opa en oma een rol krijgen. ‘Je kunt ze niet inschakelen om op te passen, maar wat kunnen ze wel? Een keer boodschappen doen, zodat moeder ontlast wordt? Een keer op bezoek komen? Koken? Het is veel interessanter om te kijken naar wat wél kan in plaats van wat níet kan.’
Keizer vindt ook dat je niemand mag uitsluiten. ‘Kinderen hebben een emotionele binding met de mensen uit hun netwerk, ook in een onveilige situatie. Als je ze afsnijdt van iedereen, is dat heftig voor het kind. Hoe ziek de situatie ook lijkt, er is altijd wel iets positiefs uit te halen. Dat moet je benutten.’
Maar wat als er twijfels zijn over de veiligheid van het netwerk? Als opa en oma vroeger zelf een gezinsvoogd over de vloer hebben gehad omdat er zorgen waren over hun kinderen? Drion: ‘Sluit mensen uit het netwerk nooit uit. Zo lang opa en oma, ook al is hun blazoen niet brandschoon, een rol spelen in het leven van een kind, zijn ze een factor van belang. Het is onzin om te denken dat de situatie veilig wordt als we deze factor uitsluiten, want deze grootouders komen sowieso in het gezin, of je dat nu wilt of niet. Dus kun je ze er beter bij betrekken.’
Familie en bekenden kunnen zowel praktische als morele steun bieden. Het een is het gevolg van het ander, vindt Keizer. Ze vertelt over een ‘verbluffend effect’ op ouders uit haar wijk die in een vechtscheiding lagen. Tijdens het ophalen en terugbrengen van de kinderen was er veel verbaal geweld. Met mensen uit het netwerk werd afgesproken dat zij de kinderen tijdelijk heen en weer zouden brengen tussen vader en moeder. En passant konden de kinderen hun verhaal kwijt bij hen.
‘De praktische steun leverde uiteindelijk ook morele steun op. De ouders kregen tijdens het netwerkberaad het gevoel dat anderen ze begrepen. Dat er met hen meegeleefd werd. Dat het verdriet om de vechtscheiding er mocht zijn. Er kwam zelfs meer begrip tussen de ouders onderling voor elkaars situatie. En dus meer rust voor de kinderen.’
Ook Drion kent genoeg positieve voorbeelden van het inzetten van het netwerk. Zoals bij Demy, een jongen die al zijn hele leven in pleeggezinnen, gezinshuizen en behandelgroepen woonde. In de laatste behandelgroep ging het niet goed. Als de andere kinderen in het weekend naar hun ouders gingen en hij nergens naartoe kon, liep hij regelmatig weg.
Een professional besloot om het netwerk bijeen te roepen. Toen Demy hen zelf vroeg of zij iets voor hem konden betekenen, ontstond er een plan: elk weekend zou een van de aanwezigen ervoor zorgen dat Demy iets te doen had. Het effect: Demy loopt niet meer weg en het gaat steeds beter met hem.
Onveilige familieleden
Het netwerk-effect
Beginnen met een klein kringetje
Trauma’s helen
Naar inhoudsopgave
Naar het volgende artikel
Deel deze pagina
Scroll naar beneden
Drion: ‘Door bepaalde vragen te stellen kun je ouders die denken niemand te hebben, een ander perspectief laten zien. Met wie praat je weleens over je kind? Wie was er op de verjaardag van je kind? Hoeveel mensen in de buurt ken je bij naam en zeg je gedag? Op deze manier krijgen mensen het gevoel dat ze wél verbonden zijn met anderen. Daarna kun je vragen wie van hen bij het volgende gesprek zou mogen zijn.’
De gezinnen zelf hebben vaak het gevoel dat er niemand voor ze is. Dat ze er alleen voor staan. Ze zullen niet snel mensen uit hun omgeving durven vragen om hulp. Keizer: ‘Met de vraag: wie vinden het belangrijk dat het goed met jullie gaat?, open je deuren bij ouders.’
Natuurlijk is er altijd iemand te vinden die wil dat het goed gaat, zeker met de kinderen, zegt Kiezer. ‘Dat is universeel. We beginnen klein, en breiden de kring steeds verder uit. Soms eindig je met een klein groepje, soms met een zaal vol. Voor ouders is het hartverwarmend om te zien dat er inderdaad mensen zijn die om ze geven. Dat geeft extra energie om aan de slag te gaan.’
Anneke Keizer krijgt als jeugdverpleegkundige in het sociaal wijkteam regelmatig te maken met multiproblem gezinnen. ‘Een van de pijlers van het wijkteam is het betrekken van het sociaal netwerk. Dat doen we vrijwel altijd door een netwerkberaad te houden: we gaan met alle mensen die betrokken willen zijn bij het gezin aan tafel.’
De meerwaarde van mensen uit de omgeving zit volgens Drion niet alleen in de nabijheid en beschikbaarheid, maar ook in de kennis die ze over het betreffende gezin hebben. ‘Familie of vrienden kennen het gezin ook van momenten dat het wél goed gaat, of uit perioden dat er zelfs niets aan de hand was. Ze zijn op een andere manier betrokken en kunnen dus extra informatie leveren.’
Het sociaal netwerk is ook van belang bij de heling van trauma’s, benadrukt Drion. ‘Uit onderzoek blijkt dat de belangrijkste helende factor de verbinding met het netwerk is. Het gevoel hebben dat je er mag zijn en dat anderen er onvoorwaardelijk voor jou zijn. Dat geldt zeker voor kinderen die uit huis geplaatst zijn; ook dan moet je aandacht besteden aan het netwerk.’ Hij verwijst naar een uitspraak van Kevin A. Campbell, de grondlegger van Family Finding: ‘Veiligheid zonder heling is tijdelijk, helen gebeurt in het netwerk.’
Opa en oma die elke maandag de kinderen van school halen. Een vaste speelafspraak met een klasgenootje op woensdagmiddag. Een tante die elke vrijdagavond even belt om te kletsen. Hulp van het sociaal netwerk is onmisbaar voor gezinnen die moeite hebben om alle ballen in de lucht te houden. ‘Om echte veiligheid te realiseren heb je het netwerk echt nodig,’ zegt Nic Drion van Expect Jeugd - Expertisecentrum Partners voor Jeugd. ‘Met alleen hulpverlening red je het niet. Je kunt een moeder met een alcoholverslaving naar de verslavingszorg doorverwijzen, maar wie zorgt er voor het kind als moeder alsnog die fles wijn opentrekt? Professionals zijn nou eenmaal niet 24/7 beschikbaar.’
Ook Anneke Keizer, ten tijde van dit interview jeugdverpleegkundige in een sociaal wijkteam, ziet het belang van het sociaal netwerk: ‘Professionals komen en gaan, maar de familie en het netwerk zullen altijd blijven. Met hen kun je het fundament onder het gezin steviger maken.’
in de praktijk
7 min.
Mariëlle van Bussel
Juist gezinnen die het hard nodig hebben, aarzelen vaak om hun familie en bekenden om steun te vragen. Ze schamen zich, denken alleen op de wereld te staan of willen anderen niet belasten. Hoe doorbreek je dat en betrek je toch hun netwerk erbij?
Hoe het sociaal netwerk gezinnen veiliger maakt
De Amerikaanse jeugdbeschermer Kevin Campbell is de bedenker van Family Finding, een methode om uit huis geplaatste kinderen te herenigen met hun familie. Ieder kind heeft familie nodig, is het idee, zodat het kan profiteren van levenslange, betekenisvolle verbindingen die alleen een familie kan bieden. Hij kreeg zelfs voor elkaar dat alle Amerikaanse pleegkinderen er recht op hebben. ‘Zij hebben hun familie keihard nodig.’ Lees het interview dat Augeo Magazine eerder had met Kevin Campbell.
Family Finding: kinderen herenigen met familie
Naar inhoudsopgave
Naar het volgende artikel
Deel deze pagina
Het vergt lef om in zee te gaan met ‘onveilige’ mensen, erkent Drion. ‘Maar als we het netwerk durven vertrouwen, en insteken op kansen en mogelijkheden, gaan er vaak meer dingen goed dat we hadden durven hopen. Het is goed om als professional eens op je handen te gaan zitten en te vertrouwen op de oplossingen van het netwerk.’
Want waarom zou je de jongen in de leefgroep, in wiens ouderlijk huis veel drugs wordt gebruikt, niet een keer per week laten ophalen door zijn familieleden? ‘Jeugdbescherming is het daar niet mee eens, maar zo snijd je die jongen af van zijn familie,’ zegt Drion. ‘De primaire focus is dat het goed gaat met het kind, in een pleeggezin of een leefgroep, maar de verbinding met het oude netwerk is ook heel belangrijk.’
Op je handen zitten
Toch gebeurt het vaak dat professionals het onveilige netwerk uit de weg gaan, ziet Drion om zich heen. ‘Dit werk ligt onder een vergrootglas, en dus zijn ze bang dat het misgaat. Familie en vrienden zeggen toch dat er niets aan de hand is, is vaak de gedachte. Die gaan echt niet vertellen dat moeder niet goed voor de kinderen zorgt. Maar ga je als professional alleen op zoek naar verhalen die jouw vermoeden van onveiligheid bevestigen? Of sta je ook open voor andere verhalen?’
Nic Drion:
‘Het netwerk gaat echt niet vertellen dat moeder niet goed voor de kinderen zorgt, is vaak de gedachte’
Keizer: ‘Soms hebben de mensen die niet meewerken, of voor onveiligheid zorgen, juist de meeste invloed. Dat kun je niet negeren.’ Ze geeft het voorbeeld van een alleenstaande moeder die overbelast was. Haar moeder (de oma van de kinderen), die zich op een vervelende manier bemoeide met het gezin, had forse psychiatrische problemen. ‘Deze oma zal altijd een rol blijven spelen in het gezin van haar dochter, terwijl wij weer vertrekken.’
Het netwerk heeft ervoor gezorgd dat deze oma inmiddels beter begrijpt wat haar invloed is op het gezin van haar dochter. Zonder haar af te vallen, en door haar ook haar zegje te laten doen, is deze oma verteld dat ze minder een beroep moet doen op haar dochter. Een patroon moest doorbroken worden. Keizer: ‘Als we alleen op de moeder en haar kind hadden gefocust, was de angel er niet uitgehaald.’
Patroon doorbreken
Dit artikel verscheen eerder in Augeo Magazine 18 – april 2020 Samenwerken rondom gezinnen
Historica Jorien Meerdink hield decennialang voor zichzelf dat ze vroeger thuis mishandeld en misbruikt werd. ‘Toen ik op mijn 50e een reünie van de buurt bezocht, vertelde ik voor het eerst dat ik mishandeld was. Wat bleek? Vrijwel al mijn buurtgenoten wisten ervan of hadden het in hun eigen gezin ook meegemaakt. Ik was verbijsterd.’ Lees het interview dat Augeo Magazine eerder met Jorien Meerdink had.
‘Iedereen wist ervan’
De oplossing is een veiligheidsplan waarin ook opa en oma een rol krijgen. ‘Je kunt ze niet inschakelen om op te passen, maar wat kunnen ze wel? Een keer boodschappen doen, zodat moeder ontlast wordt? Een keer op bezoek komen? Koken? Het is veel interessanter om te kijken naar wat wél kan in plaats van wat níet kan.’
Keizer vindt ook dat je niemand mag uitsluiten. ‘Kinderen hebben een emotionele binding met de mensen uit hun netwerk, ook in een onveilige situatie. Als je ze afsnijdt van iedereen, is dat heftig voor het kind. Hoe ziek de situatie ook lijkt, er is altijd wel iets positiefs uit te halen. Dat moet je benutten.’
Nic Drion:
‘Het is veel interessanter om te kijken naar wat wél kan in plaats van wat níet kan’
Maar wat als er twijfels zijn over de veiligheid van het netwerk? Als opa en oma vroeger zelf een gezinsvoogd over de vloer hebben gehad omdat er zorgen waren over hun kinderen? Drion: ‘Sluit mensen uit het netwerk nooit uit. Zo lang opa en oma, ook al is hun blazoen niet brandschoon, een rol spelen in het leven van een kind, zijn ze een factor van belang. Het is onzin om te denken dat de situatie veilig wordt als we deze factor uitsluiten, want deze grootouders komen sowieso in het gezin, of je dat nu wilt of niet. Dus kun je ze er beter bij betrekken.’
Onveilige familieleden
Laat familie en vrienden zélf bepalen wat ze willen en kunnen doen. Waar geloven zíj in? Wat is voor hen haalbaar?
Stel je als professional terughoudend op ̶ tenzij de veiligheid van een kind in het geding is. De jeugdbeschermer kan dan bodemeisen stellen, zoals: ‘Er moeten minimaal drie betrouwbare personen in het netwerk zijn die precies weten wat er aan de hand is in het gezin, en die om de beurt elke dag langskomen om te kijken of het goed gaat’.
Maak duidelijke en concrete afspraken: wie doet wat op welke dag? Gebruik hier desnoods een rooster bij.
Maak duidelijk bij wie iemand zich kan afmelden als een afspraak niet kan doorgaan.
Bepaal samen wie het aanspreekpunt wordt voor alle betrokkenen. Als iemand uit het netwerk zich bijvoorbeeld zorgen maakt, kan hij of zij dit melden bij het aanspreekpunt.
Houd met alle betrokkenen een logboek bij. Daarin schrijft iedereen wat hij/zij die dag gedaan heeft. Wat is hem opgevallen? Bijzonderheden?
Bepaal samen met het gezin hoe lang jullie dit plan volgen. Daarna komt er een evaluatie en kunnen dingen bijgesteld worden.
Houd het netwerk zich niet aan de afspraken, plan dan een nieuwe bijeenkomst en evalueer. Wat is er nodig om het wel te laten slagen? Schrijf het netwerk niet af, maar doe een nieuwe poging.
Maak samen met het netwerk een plan B. Voor het geval plan A (tijdelijk) niet blijkt te werken.
Aandachtpunten bij het inzetten van het netwerk
Familie en bekenden kunnen zowel praktische als morele steun bieden. Het een is het gevolg van het ander, vindt Keizer. Ze vertelt over een ‘verbluffend effect’ op ouders uit haar wijk die in een vechtscheiding lagen. Tijdens het ophalen en terugbrengen van de kinderen was er veel verbaal geweld. Met mensen uit het netwerk werd afgesproken dat zij de kinderen tijdelijk heen en weer zouden brengen tussen vader en moeder. En passant konden de kinderen hun verhaal kwijt bij hen.
‘De praktische steun leverde uiteindelijk ook morele steun op. De ouders kregen tijdens het netwerkberaad het gevoel dat anderen ze begrepen. Dat er met hen meegeleefd werd. Dat het verdriet om de vechtscheiding er mocht zijn. Er kwam zelfs meer begrip tussen de ouders onderling voor elkaars situatie. En dus meer rust voor de kinderen.’
Ook Drion kent genoeg positieve voorbeelden van het inzetten van het netwerk. Zoals bij Demy, een jongen die al zijn hele leven in pleeggezinnen, gezinshuizen en behandelgroepen woonde. In de laatste behandelgroep ging het niet goed. Als de andere kinderen in het weekend naar hun ouders gingen en hij nergens naartoe kon, liep hij regelmatig weg.
Een professional besloot om het netwerk bijeen te roepen. Toen Demy hen zelf vroeg of zij iets voor hem konden betekenen, ontstond er een plan: elk weekend zou een van de aanwezigen ervoor zorgen dat Demy iets te doen had. Het effect: Demy loopt niet meer weg en het gaat steeds beter met hem.
Het netwerk-effect
Nic Drion:
‘Ouders die denken niemand te hebben, kun je een ander perspectief laten zien’
Drion: ‘Door bepaalde vragen te stellen kun je ouders die denken niemand te hebben, een ander perspectief laten zien. Met wie praat je weleens over je kind? Wie was er op de verjaardag van je kind? Hoeveel mensen in de buurt ken je bij naam en zeg je gedag? Op deze manier krijgen mensen het gevoel dat ze wél verbonden zijn met anderen. Daarna kun je vragen wie van hen bij het volgende gesprek zou mogen zijn.’
Anneke Keizer:
‘Met de vraag: wie vinden het belangrijk dat het goed met jullie gaat?, open je deuren bij ouders’
De gezinnen zelf hebben vaak het gevoel dat er niemand voor ze is. Dat ze er alleen voor staan. Ze zullen niet snel mensen uit hun omgeving durven vragen om hulp. Keizer: ‘Met de vraag: wie vinden het belangrijk dat het goed met jullie gaat?, open je deuren bij ouders.’
Natuurlijk is er altijd iemand te vinden die wil dat het goed gaat, zeker met de kinderen, zegt Kiezer. ‘Dat is universeel. We beginnen klein, en breiden de kring steeds verder uit. Soms eindig je met een klein groepje, soms met een zaal vol. Voor ouders is het hartverwarmend om te zien dat er inderdaad mensen zijn die om ze geven. Dat geeft extra energie om aan de slag te gaan.’
Anneke Keizer krijgt als jeugdverpleegkundige in het sociaal wijkteam regelmatig te maken met multiproblem gezinnen. ‘Een van de pijlers van het wijkteam is het betrekken van het sociaal netwerk. Dat doen we vrijwel altijd door een netwerkberaad te houden: we gaan met alle mensen die betrokken willen zijn bij het gezin aan tafel.’
Beginnen met een klein kringetje
De meerwaarde van mensen uit de omgeving zit volgens Drion niet alleen in de nabijheid en beschikbaarheid, maar ook in de kennis die ze over het betreffende gezin hebben. ‘Familie of vrienden kennen het gezin ook van momenten dat het wél goed gaat, of uit perioden dat er zelfs niets aan de hand was. Ze zijn op een andere manier betrokken en kunnen dus extra informatie leveren.’
Het sociaal netwerk is ook van belang bij de heling van trauma’s, benadrukt Drion. ‘Uit onderzoek blijkt dat de belangrijkste helende factor de verbinding met het netwerk is. Het gevoel hebben dat je er mag zijn en dat anderen er onvoorwaardelijk voor jou zijn. Dat geldt zeker voor kinderen die uit huis geplaatst zijn; ook dan moet je aandacht besteden aan het netwerk.’ Hij verwijst naar een uitspraak van Kevin A. Campbell, de grondlegger van Family Finding: ‘Veiligheid zonder heling is tijdelijk, helen gebeurt in het netwerk.’
Trauma’s helen
Opa en oma die elke maandag de kinderen van school halen. Een vaste speelafspraak met een klasgenootje op woensdagmiddag. Een tante die elke vrijdagavond even belt om te kletsen. Hulp van het sociaal netwerk is onmisbaar voor gezinnen die moeite hebben om alle ballen in de lucht te houden. ‘Om echte veiligheid te realiseren heb je het netwerk echt nodig,’ zegt Nic Drion van Expect Jeugd - Expertisecentrum Partners voor Jeugd. ‘Met alleen hulpverlening red je het niet. Je kunt een moeder met een alcoholverslaving naar de verslavingszorg doorverwijzen, maar wie zorgt er voor het kind als moeder alsnog die fles wijn opentrekt? Professionals zijn nou eenmaal niet 24/7 beschikbaar.’
Ook Anneke Keizer, ten tijde van dit interview jeugdverpleegkundige in een sociaal wijkteam, ziet het belang van het sociaal netwerk: ‘Professionals komen en gaan, maar de familie en het netwerk zullen altijd blijven. Met hen kun je het fundament onder het gezin steviger maken.’
Juist gezinnen die het hard nodig hebben, aarzelen vaak om hun familie en bekenden om steun te vragen. Ze schamen zich, denken alleen op de wereld te staan of willen anderen niet belasten. Hoe doorbreek je dat en betrek je toch hun netwerk erbij?
Hoe het sociaal netwerk gezinnen veiliger maakt
in de praktijk
7 min.
Mariëlle van Bussel