Deel deze pagina
Naar inhoudsopgave
Naar het volgende artikel
‘Stil Bij Mij’
Om jongeren aan te moedigen te praten over wat ze meemaken en voelen heeft het programma Gezonde Generatie van de Samenwerkende Gezondheidsfondsen de campagne 'Je Monster de Baas' gelanceerd waarin zangeres Bente een belangrijke rol speelt. Ze schreef het nummer ‘Stil Bij Mij’ naar aanleiding van gesprekken met jongeren die ingrijpende jeugdervaringen hebben meegemaakt. Luister het nummer hier.
‘Ik ben bang dat ik niet sterk genoeg ben om het beter te doen dan mijn ouders’
‘Mijn stiefmoeder vond het leuk om mij te pesten omdat ik volgens haar homo was’
‘Ik droeg te grote kleren. Mijn haar was te lang. Mijn tanden waren niet gepoetst’
Scroll naar beneden
‘Er heerste thuis doorlopend een gespannen sfeer en er was veel ruzie. Daarbij moest ik het ontgelden. Mijn zusje werd niet geslagen en kreeg meer cadeautjes dan ik. Mijn moeder zei dagelijks dat ze me ondankbaar vond. Bijvoorbeeld als ik nog iets wilde terwijl ik al een PlayStation had. Door alle ruzies thuis raakte ik enorm in mezelf gekeerd.
Ik werd ook verwaarloosd. Doordat mijn moeder veel uitgaf aan drugs, was er geen geld voor gezond eten of nieuwe kleding. Ik droeg altijd veel te grote kleren, op de groei gekocht zodat ik er jaren mee kon doen. Mijn haar was veel te lang, want de kapper vond mijn moeder te duur. Ook vertrok ik steevast zonder mijn tanden te poetsen naar school, daar lette ze totaal niet op. Ik liep er behoorlijk onverzorgd bij. Mede daardoor werd ik op school gepest en voelde ik me heel eenzaam.’
Ondankbaar
Harddrugs
‘Ik woonde in die tijd met mijn jongere zusje bij mijn moeder. Op mijn 8e waren mijn ouders gescheiden. Om het weekend logeerden we bij onze vader. Voor hem was ik altijd een beetje bang geweest, want hij gaf me vaak straf. In eerste instantie was ik dus blij dat we bij mijn moeder bleven. Maar met haar ging het na de scheiding de verkeerde kant op. Ze had psychische problemen en kreeg verkeerde vriendjes. Elke keer kwam er weer een andere man bij ons over de vloer, met wie ik het niet altijd even goed kon vinden. Via hen raakte ze bovendien verslaafd aan harddrugs. Daardoor was ze geestelijk steeds in de war en verloor ze haar baan.’
‘In gedachten zie ik nog vaak mijn moeders boze gezicht dichterbij komen voordat ze me ging slaan. Dat maakte me banger dan de klap zelf. Eerst schold ze me uit voor “kutkind” en daarna sloeg ze me. En waarom? Om de kleinste dingen. Bijvoorbeeld als ik mijn zusje een beetje plaagde, als ik iets in huis niet meteen wilde doen of als ik een minuut te laat thuiskwam. Telkens werd ze ontzettend boos op me. Ik had niet het idee dat mijn moeder van me hield, maar achteraf denk ik dat ik ook niet van haar hield.’
Contactverbod
Mijn pad
Gastlessen
Borderline
Uit huis gezet
Bewijsmateriaal verzamelen
‘Toen ik het aan mijn juf vertelde, regelde ze dat ik een paar keer kon praten met een maatschappelijk werkster. De juf wist blijkbaar niet hoe ze hier verder mee moest omgaan, en belde ook meteen mijn moeder: klopt het dat Emiel thuis slaag krijgt? Die ontkende het natuurlijk en toen ik thuiskwam, kreeg ik extra harde klappen. Hoe het precies zat met die maatschappelijk werkster, weet ik niet meer. Maar ik denk niet dat ze alarm heeft geslagen, want er veranderde niets.
Mijn vader spande een rechtszaak aan om mij en mijn zusje bij hem te laten wonen. In een gesprek met de rechter vertelde ik dat ik naar mijn vader wilde. Toen ik 11 was, gebeurde dat ook en mijn moeder kreeg een contactverbod.’
Emiel heet in werkelijkheid anders.
‘Drie jaar geleden verzamelde ik al mijn moed en vroeg ik aan mijn moeder: “Waarom sloeg je mij vroeger eigenlijk?” Ze zei dat ze zich er niets van kon herinneren. Ik was razend. Als zij beweert dat ik het allemaal heb verzonnen, ga ik er geen energie meer in steken. Nu heb ik al een tijd geen contact meer met mijn ouders.
Inmiddels kan ik over mijn moeder praten zonder emotioneel te worden. Ik ben heel boos op haar geweest, en ook op mijn vader. Maar mijn verleden was blijkbaar mijn pad, zo probeer ik het uit zelfbescherming te zien. Het is gebeurd, daar verander ik niets meer aan.’
‘Af en toe geef ik gastlessen op pabo’s, dat is heel leuk om te doen. Aan aanstaande leerkrachten leg ik uit wat mijn juf goed en fout deed toen ik op de basisschool naar haar toe stapte. Het was prima dat ze een maatschappelijk werker inschakelde. Dat ze ook mijn moeder belde, was een minder goed idee. Mijn moeder heeft haar zo bewerkt dat de juf later vroeg of ik misschien in de war was met een corrigerende tik. Gelóóf een kind dat jou in vertrouwen neemt, raad ik aanstaande leerkrachten aan. En geef zo’n kind wat extra aandacht.’
Doordat ik een chronische darmziekte heb, kan ik helaas niet werken. Wel ben ik veel met muziek bezig, dat is mijn hobby en uitlaatklep. Ik rap en schrijf zelf teksten over mijn jeugd maar vooral over vrolijke dingen. Ik wil dat mijn luisteraars blij worden van mijn nummers. Het liefst zou ik later met muziek mijn geld verdienen.’
‘Tja, hoe gaat het nu? Ik zit al jaren in therapie bij de GGZ, maar ben er nog niet. Door de mishandeling en verwaarlozing heb ik borderline ontwikkeld. Dat kan na het meemaken van ingrijpende ervaring in je jeugd of als je je langdurig onveilig hebt gevoeld. Momenteel sta ik op de wachtlijst voor groepstherapie-dagopvang gericht op emotieregulatie. Ik heb last van sociale angsten, vertrouw andere mensen niet zo. Daardoor heb ik weinig contact met anderen en voel ik me vaak eenzaam. Van mezelf ben ik best een sociaal persoon maar door mijn moeilijke jeugd vind ik het lastig om contact met anderen te leggen.
Ik weet zeker dat ik later geen vrouw en kinderen wil. Ik ben bang dat ik niet sterk genoeg ben om het beter te doen dan mijn ouders. En ik wil niet dat mijn kinderen dezelfde jeugd krijgen als ik.
Tussen mijn stiefmoeder en mij boterde het ook steeds minder. Ze had kritiek op alles wat ik deed. Als ik bijvoorbeeld mijn hand op een bepaalde manier liet hangen tijdens een wandeling, zei ze dat ik homo was. Ze vond het leuk om mij daarmee te pesten. Dat voelde alsof ik moest bewijzen dat ik geen homo ben. Heel vervelend. Ook werd ze ontzettend boos als ik voor haar gevoel niet genoeg mijn best deed op school. Uiteindelijk ben ik op mijn 18e door mijn vader en stiefmoeder uit huis gezet. Ik ging naar begeleid wonen en inmiddels woon ik op mezelf.’
‘Bij mijn vader, die inmiddels bij zijn nieuwe vriendin woonde, ging het eerst veel beter. Mijn zusje en ik bleken allebei een posttraumatische stressstoornis (PTSS) te hebben en kregen therapie. Maar toen ik in de puberteit kwam, verdween het medelijden van mijn vader. Ik ging experimenteren met alcohol en kwam vaak te laat thuis. We hadden veel ruzies, hoewel die nooit zo erg waren als bij mijn moeder.
‘Het duurde best lang voor ik mijn vader hierover vertelde. Waarschijnlijk dacht ik ergens dat onze thuissituatie normaal was. Ik kwam weleens bij klasgenootjes thuis, maar dan was ik zo hard bezig om erbij te horen dat ik helemaal niet lette op hoe het er bij hen aan toeging. Pas toen ik 10 was, vertelde ik aan mijn vader wat mijn moeder deed. Hij raadde me aan om een dagboek bij te houden van wat er thuis gebeurde én om het op school aan mijn juf te vertellen. Ook maakte hij foto’s van de blauwe plekken die ik opliep door de klappen van mijn moeder. Zo verzamelde hij bewijsmateriaal om een rechtszaak tegen mijn moeder te kunnen beginnen.’
ervaringsverhaal
3 min.
Annemarie van Dijk
Een minuut te laat thuiskomen was voor de moeder van Emiel (21) al aanleiding om hem te kleineren. Ook op andere manieren werd hij psychisch mishandeld en verwaarloosd. Zijn ouders ziet hij inmiddels niet meer, maar de gevolgen voelt hij nog elke dag.
Deel deze pagina
Naar inhoudsopgave
Naar het volgende artikel
Emiel heet in werkelijkheid anders.
‘Drie jaar geleden verzamelde ik al mijn moed en vroeg ik aan mijn moeder: “Waarom sloeg je mij vroeger eigenlijk?” Ze zei dat ze zich er niets van kon herinneren. Ik was razend. Als zij beweert dat ik het allemaal heb verzonnen, ga ik er geen energie meer in steken. Nu heb ik al een tijd geen contact meer met mijn ouders.
Inmiddels kan ik over mijn moeder praten zonder emotioneel te worden. Ik ben heel boos op haar geweest, en ook op mijn vader. Maar mijn verleden was blijkbaar mijn pad, zo probeer ik het uit zelfbescherming te zien. Het is gebeurd, daar verander ik niets meer aan.’
Mijn pad
‘Af en toe geef ik gastlessen op pabo’s, dat is heel leuk om te doen. Aan aanstaande leerkrachten leg ik uit wat mijn juf goed en fout deed toen ik op de basisschool naar haar toe stapte. Het was prima dat ze een maatschappelijk werker inschakelde. Dat ze ook mijn moeder belde, was een minder goed idee. Mijn moeder heeft haar zo bewerkt dat de juf later vroeg of ik misschien in de war was met een corrigerende tik. Gelóóf een kind dat jou in vertrouwen neemt, raad ik aanstaande leerkrachten aan. En geef zo’n kind wat extra aandacht.’
Gastlessen
Doordat ik een chronische darmziekte heb, kan ik helaas niet werken. Wel ben ik veel met muziek bezig, dat is mijn hobby en uitlaatklep. Ik rap en schrijf zelf teksten over mijn jeugd maar vooral over vrolijke dingen. Ik wil dat mijn luisteraars blij worden van mijn nummers. Het liefst zou ik later met muziek mijn geld verdienen.’
‘Ik ben bang dat ik niet sterk genoeg ben om het beter te doen dan mijn ouders’
‘Tja, hoe gaat het nu? Ik zit al jaren in therapie bij de GGZ, maar ben er nog niet. Door de mishandeling en verwaarlozing heb ik borderline ontwikkeld. Dat kan na het meemaken van ingrijpende ervaring in je jeugd of als je je langdurig onveilig hebt gevoeld. Momenteel sta ik op de wachtlijst voor groepstherapie-dagopvang gericht op emotieregulatie. Ik heb last van sociale angsten, vertrouw andere mensen niet zo. Daardoor heb ik weinig contact met anderen en voel ik me vaak eenzaam. Van mezelf ben ik best een sociaal persoon maar door mijn moeilijke jeugd vind ik het lastig om contact met anderen te leggen.
Ik weet zeker dat ik later geen vrouw en kinderen wil. Ik ben bang dat ik niet sterk genoeg ben om het beter te doen dan mijn ouders. En ik wil niet dat mijn kinderen dezelfde jeugd krijgen als ik.
Borderline
Tussen mijn stiefmoeder en mij boterde het ook steeds minder. Ze had kritiek op alles wat ik deed. Als ik bijvoorbeeld mijn hand op een bepaalde manier liet hangen tijdens een wandeling, zei ze dat ik homo was. Ze vond het leuk om mij daarmee te pesten. Dat voelde alsof ik moest bewijzen dat ik geen homo ben. Heel vervelend. Ook werd ze ontzettend boos als ik voor haar gevoel niet genoeg mijn best deed op school. Uiteindelijk ben ik op mijn 18e door mijn vader en stiefmoeder uit huis gezet. Ik ging naar begeleid wonen en inmiddels woon ik op mezelf.’
‘Mijn stiefmoeder vond het leuk om mij te pesten omdat ik volgens haar homo was’
‘Bij mijn vader, die inmiddels bij zijn nieuwe vriendin woonde, ging het eerst veel beter. Mijn zusje en ik bleken allebei een posttraumatische stressstoornis (PTSS) te hebben en kregen therapie. Maar toen ik in de puberteit kwam, verdween het medelijden van mijn vader. Ik ging experimenteren met alcohol en kwam vaak te laat thuis. We hadden veel ruzies, hoewel die nooit zo erg waren als bij mijn moeder.
Uit huis gezet
‘Toen ik het aan mijn juf vertelde, regelde ze dat ik een paar keer kon praten met een maatschappelijk werkster. De juf wist blijkbaar niet hoe ze hier verder mee moest omgaan, en belde ook meteen mijn moeder: klopt het dat Emiel thuis slaag krijgt? Die ontkende het natuurlijk en toen ik thuiskwam, kreeg ik extra harde klappen. Hoe het precies zat met die maatschappelijk werkster, weet ik niet meer. Maar ik denk niet dat ze alarm heeft geslagen, want er veranderde niets.
Mijn vader spande een rechtszaak aan om mij en mijn zusje bij hem te laten wonen. In een gesprek met de rechter vertelde ik dat ik naar mijn vader wilde. Toen ik 11 was, gebeurde dat ook en mijn moeder kreeg een contactverbod.’
Contactverbod
‘Het duurde best lang voor ik mijn vader hierover vertelde. Waarschijnlijk dacht ik ergens dat onze thuissituatie normaal was. Ik kwam weleens bij klasgenootjes thuis, maar dan was ik zo hard bezig om erbij te horen dat ik helemaal niet lette op hoe het er bij hen aan toeging. Pas toen ik 10 was, vertelde ik aan mijn vader wat mijn moeder deed. Hij raadde me aan om een dagboek bij te houden van wat er thuis gebeurde én om het op school aan mijn juf te vertellen. Ook maakte hij foto’s van de blauwe plekken die ik opliep door de klappen van mijn moeder. Zo verzamelde hij bewijsmateriaal om een rechtszaak tegen mijn moeder te kunnen beginnen.’
Bewijsmateriaal verzamelen
‘Er heerste thuis doorlopend een gespannen sfeer en er was veel ruzie. Daarbij moest ik het ontgelden. Mijn zusje werd niet geslagen en kreeg meer cadeautjes dan ik. Mijn moeder zei dagelijks dat ze me ondankbaar vond. Bijvoorbeeld als ik nog iets wilde terwijl ik al een PlayStation had. Door alle ruzies thuis raakte ik enorm in mezelf gekeerd.
Ik werd ook verwaarloosd. Doordat mijn moeder veel uitgaf aan drugs, was er geen geld voor gezond eten of nieuwe kleding. Ik droeg altijd veel te grote kleren, op de groei gekocht zodat ik er jaren mee kon doen. Mijn haar was veel te lang, want de kapper vond mijn moeder te duur. Ook vertrok ik steevast zonder mijn tanden te poetsen naar school, daar lette ze totaal niet op. Ik liep er behoorlijk onverzorgd bij. Mede daardoor werd ik op school gepest en voelde ik me heel eenzaam.’
Ondankbaar
‘Ik droeg te grote kleren. Mijn haar was te lang. Mijn tanden waren niet gepoetst’
‘Ik woonde in die tijd met mijn jongere zusje bij mijn moeder. Op mijn 8e waren mijn ouders gescheiden. Om het weekend logeerden we bij onze vader. Voor hem was ik altijd een beetje bang geweest, want hij gaf me vaak straf. In eerste instantie was ik dus blij dat we bij mijn moeder bleven. Maar met haar ging het na de scheiding de verkeerde kant op. Ze had psychische problemen en kreeg verkeerde vriendjes. Elke keer kwam er weer een andere man bij ons over de vloer, met wie ik het niet altijd even goed kon vinden. Via hen raakte ze bovendien verslaafd aan harddrugs. Daardoor was ze geestelijk steeds in de war en verloor ze haar baan.’
Harddrugs
‘In gedachten zie ik nog vaak mijn moeders boze gezicht dichterbij komen voordat ze me ging slaan. Dat maakte me banger dan de klap zelf. Eerst schold ze me uit voor “kutkind” en daarna sloeg ze me. En waarom? Om de kleinste dingen. Bijvoorbeeld als ik mijn zusje een beetje plaagde, als ik iets in huis niet meteen wilde doen of als ik een minuut te laat thuiskwam. Telkens werd ze ontzettend boos op me. Ik had niet het idee dat mijn moeder van me hield, maar achteraf denk ik dat ik ook niet van haar hield.’
‘Stil Bij Mij’
Om jongeren aan te moedigen te praten over wat ze meemaken en voelen heeft het programma Gezonde Generatie van de Samenwerkende Gezondheidsfondsen de campagne 'Je Monster de Baas' gelanceerd waarin zangeres Bente een belangrijke rol speelt. Ze schreef het nummer ‘Stil Bij Mij’ naar aanleiding van gesprekken met jongeren die ingrijpende jeugdervaringen hebben meegemaakt. Luister het nummer hier.
Een minuut te laat thuiskomen was voor de moeder van Emiel (21) al aanleiding om hem te kleineren. Ook op andere manieren werd hij psychisch mishandeld en verwaarloosd. Zijn ouders ziet hij inmiddels niet meer, maar de gevolgen voelt hij nog elke dag.
ervaringsverhaal
3 min.
Annemarie van Dijk