Augeo magazine - Over veilig opgroeien

Wat valt op?

•De TKM-redactie heeft in de verkiezingsprogramma's ook gekeken naar andere relevante thema's die van belang zijn om kindermishandeling tegen te gaan, zoals armoede- en vluchtelingenbeleid.

CU pleit voor een speciale minister voor Jeugd, Gezin en Onderwijs.

SP en CU benadrukken dat de Nederlandse overheid het Internationale Verdrag voor de Rechten van het Kind stipt moet naleven.

PVV wil de leeftijdsgrens in het strafrecht verlagen van 18 naar 16 jaar. Dit is in strijd met het Internationale Verdrag voor de Rechten van het Kind.

SGP bepleit verplichte bemiddeling bij echtscheiding als er minderjarige kinderen zijn.

PvdA, CU, PvdD, GL, SP en D66 vinden dat 'gewortelde' asielzoekerkinderen, die minimaal 5 of 8 jaar (verschilt per partij) in Nederland zijn, een verblijfsvergunning krijgen.

Kinderen niet in de cel (D66, SP, CU) en gezinnen met kinderen niet op straat zetten (PvdA, CU). Geen kinderen in vreemdelingendetentie (D66, GL).

Verschillende partijen benoemen aandacht voor kinderen in armoedebeleid (GL, D66, PvdA, en SP) en willen extra aandacht voor kinderen die in armoede leven.

SP pleit voor een betere borging van kwaliteit van leerling- en taxivervoer voor mensen met een beperking.

Wat valt op?

•PvdA, SGP, SP en GL pleiten voor scholing van professionals specifiek ten aanzien van kindermishandeling. Onduidelijk blijft hoe dit wordt gerealiseerd.

•Veel andere partijen pleiten voor algemene deskundigheidsbevordering of opleidingseisen voor (jeugdzorg)professionals.

•Geen enkele partij bepleit dat beroepsopleidingen verplicht aandacht besteden aan het onderwerp kindermishandeling en huiselijk geweld.

Wat valt op?

5 partijen hebben specifieke agendapunten ten aanzien van de zorg na kindermishandeling of huiselijk geweld. PvdA pleit voor gespecialiseerde hulp aan mishandelde kinderen, GL spreekt over opvangcapaciteit voor slachtoffers van huiselijk geweld en PvdA noemt opvangplekken voor loverboyslachtoffers. De SP benadrukt landelijke beschikbaarheid van goede diagnostiek en behandeling na kindermishandeling. De SGP wil nazorg aan gezinnen waar een melding voor kindermishandeling onterecht is gebleken.

Pleegouders moeten meer ondersteuning krijgen en ook moet hun juridische en financiële positie verbeteren (SGP, CU, GL).

Uitgangspunten over zorg in de buurt van ouders en kinderen en coördinatie bij probleemgezinnen worden breed gedeeld door de partijen.

Opvallende statements zijn het afschaffen van de CJG’s (PVV), het afschaffen van eigen bijdrages in bepaalde zorgsectoren (CDA, PvdD, SP en GL) en de expliciete aandacht voor de inzet van het sociale netwerk bij gezinshulpverlening die de CU bepleit.

Wat valt op?

3 partijen spreken expliciet over de plegers van huiselijk geweld: de VVD bepleit minder rechten voor veroordeelde daders van relatiemisdrijven, de SP is voorstander van gebiedsverboden en meldplichten voor plegers van huiselijk geweld. GL noemt dat deze daders naast straf vaker therapie moeten krijgen opgelegd.

Verplichte therapie of behandeling van zedendelinquenten komt in de programma’s van VVD, SGP en PVV naar voren.

SP wil hardere aanpak loverboys, ook als er geen aangifte van strafbare feiten is gedaan.

Zie ook onderdeel seksueel misbruik voor meer informatie over inzet strafrecht.

Wat valt op?

Bijna alle partijen besteden aandacht aan seksueel misbruik en kinderporno, met uitzondering van de PvdD en de meeste nieuwkomers.

Allen bepleiten een harde aanpak vooral via politie en justitie (CDA, CU, PvdA, SGP, D66, SP en GL). Ook wordt qua aanpak gepleit voor versterking van de Europese samenwerking (PvdA), een meldplicht voor misbruik en genitale verminking (VVD), kennisvermeerdering bij politie en justitie (SP) en aanpak van loverboys ook zonder aangifte van strafbare feiten (SP).

Qua zorg voor slachtoffers besteden alleen CU en PvdA aandacht aan voldoende veilige of gespecialiseerde opvangplekken voor minderjarige slachtoffers. SP noemt dat mensenhandelslachtoffers een verblijfsvergunning krijgen als zij getuigen.

Over preventie spreekt vooral CU en GL, door expliciet te noemen dat het bij seksuele vorming in onderwijs ook moet gaan over loverboys, mensenrechten, weerbaarheid en veiligheid.

De aanbevelingen van de commissie Gunning voor de kinderopvang, naar aanleiding van het misbruik van Robert M., klinken vooral door bij de SP die een scherper toezicht van gemeenten bepleit op de kinderopvang. Ook D66 noemt veiligheid als een belangrijke waarde in de kinderopvang.

Veiligheid en misbruik in (jeugdzorg-)instellingen en de gehandicaptensector wordt weinig genoemd, ondanks de rapporten die hierover recent zijn verschenen en de naderende rapportage van de commissie Samson. De CU pleit voor goede screening van pleegouders.